Categorieën
Citaten Filosofie Maatschappij Next Politiek

Wat bedreigd wordt is dus onze eigen autonomie. We zijn prooi.

Na afloop van de Tegenlicht-uitzending Slimme steden realiseerde ik me dat er aan het jaarthema Wat delen we met elkaar? een extra thema toegevoegd moet worden. Zo voor de hand liggend, dat ik het in “Verdienen jij en ik het om te zijn geboren in de westerse wereld?” niet had opgenomen. Opmerkelijk want enkele jaren geleden was het jaarthema van de samenwerkende Noord Oost Brabantse Bibliotheken (al) Who’s in control?

Wie is er de baas? In de samenleving? In ons eigen hoofd? En over ‘de’ toekomst? Een vraag die zonder enige twijfel de komende jaren, decennia steeds zal oppoppen. Who’s in control? En als je de Tegenlicht-uitzending van zondag 1 mei 2016 bekijkt zul je begrijpen dat het wellicht zelfs hét belangrijkste thema voor onze hoog-technologsiche samenleving zal worden of zijn.

Big data
We staan aan de vooravond van een explosie. Een exponentieel groeiend fenomeen. En als u denkt dat er al veel data zijn – big data, zelfs – dan is dat een misvatting. We staan pas aan het begin van een tijd waarin alles, maar dan ook bijna alles zal worden omgezet in data. Overal in de maatschappij worden ‘dingen’ van ons doen en laten vastgelegd. Denk aan The internet of things. Of the internet of everything. Bijna alles zal worden gemonitord. Gelogd. En – cruciaal – bewaard. En – nog crucialer – doorgespeeld naar partijen die met die data (ónze data!!) iets gaan doen. Met de beste bedoelingen! Indien u dat gelooft dan is dat prima. Niemand kan u dit geloof in de goede bedoelingen van die partijen ontzeggen, maar … het is redelijk naïef. Die grote partijen – en het doet er niet zo veel toe of ze commercieel of niet werken – hebben er alle belang bij om die big data op te slurpen. En ze zodanig te bewerken dat het voor hen iets oplevert. Meer veiligheid, meer service, betere adviezen etcetera. Dat zijn de gebruikelijke argumenten. We doen het voor u! Om u beter van dienst te kunnen zijn. Een mooiere, betere samenleving te maken! U te beschermen. En die partijen zullen niet nalaten u te blijven voeden met de dooddoener dat wie niets te verbergen heeft, niets te vrezen heeft.

Dream on!

Een verontrustende uitzending
De redactie heeft voor deze uitzending gewoontegetrouw op verschillende plekken op aarde opnames gemaakt. Veraf en dichtbij. Mooi is het contrast tussen twee soorten talking heads. Aan de ene kant mensen die met de beste bedoelingen bezig zijn om met hulp van big data de wereld een beetje mooier te maken. Het zijn ambtenaren, politici die weten dat ze mee moeten in de technologische vaart der volkeren. Trots zijn op uiteenlopende nieuwe digitale ontwikkelingen. Aan de andere kant staan mensen die zeer grote vraagtekens zetten bij de tendens om massaal data van ons allen te gaan opslaan én – cruciaal – door te spelen naar partijen die er ‘iets’ mee gaan doen. Deze criticasters maken zich grote zorgen over de naïeviteit van die goedwillende politici en ambtenaren. Onze vertegenwoordigers. Maar zelf zijn we meestal geen haar beter. Zij – noch wij – hebben amper in de gaten waar ZIJ mee bezig zijn. Vanuit een grenzeloos optimisme spelen wij onze big data door naar commerciële partijen.

Bas Heijne
Toevallig ging de zaterdagse column van Bas Heijne ook hierover. Alleen vloog hij het in Prooi heel anders aan. Maar zijn uitsmijter kun je een op een koppelen aan de boodschap van deze Tegenlicht-aflevering

Terecht stelt (Rob) Wijnberg dat journalistiek die zich inhoudelijk laat sponsoren zijn eigen bestaansrecht ondermijnt. Ikzelf verbaas me erover dat de mensen die chronisch schreeuwen over manipulatie door onbetrouwbare politiek, zich nooit druk maken over de eindeloze manipulatie door de commercie, de productplacement in populaire programma’s, de ingestoken advertorials, de chatbots en de doorzichtige aanbevelingen van BN’ers. Er is niets besmuikt aan.

Er staat meer op het spel dan alleen de integriteit van de journalistiek. Zowel de politiek als de commercie doet naar buiten toe nog steeds alsof zij ons, burgers/consumenten, beschouwen als zelfstandige, verantwoordelijke individuen, die hun eigen, afgewogen keuzes maken. Dat is een handige leugen. In werkelijkheid beschouwen ze ons steeds meer als object, als irrationele wezens die je, subtiel en minder subtiel, kunt beïnvloeden en nudgen, door in te spelen op onbewuste instincten en emoties. Wat bedreigd wordt, is dus onze eigen autonomie. We zijn prooi.

We zijn prooi
De crux van het verhaal van Bas Heijne én de Tegenlicht-aflevering. We zijn prooi. Met hulp van big data kunnen slimme jongens en meisjes een nog beter beeld van mij krijgen. Om vervolgens mij nog gerichter achter de vodden te kunnen zitten. Mij attent te maken op producten en diensten die precies bij mijn levensstijl én portemonnee aansluiten. Who’s in control? Zeker is dat we hard op weg zijn naar een samenleving waarin in ieder geval IK niet langer de baas ben. Ik geleefd wordt. We zijn hard op weg naar een samenleving die lijkt op 1984Brave new worldDe cirkelMinority reportThe Matrix en andere dystopische boeken en films. Een wereld waarin het gros van de mensen zoet gehouden wordt. Doet wat hogere machten van ons verlangen. Braaf meedoen maar feitelijk amper meer iets mogen doen wat uit ons zelf voortkomt. No longer in control.

Een debat
In 2013 verscheen van een econoom, die zijn hele leven bij het CBS (die al met big data omging toen het woord nog niet bestond) had gewerkt, een boek waarin hij een pleidooi hield voor de oprichting van een fonds. Een fonds van waaruit tegenreclame gemaakt zou moeten worden. In zijn ogen hard nodig. Als mens worden we dagelijks gebombardeerd met talloze oproepen om dit of dat te gaan doen, kopen, ervaren. Reclame en daarmee samenhangende marketing en public relations zijn alom om ons heen aanwezig. Daar bovenop komen ook nog andere technieken zoals framing, spinning, manipulatie, propaganda. We worden van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat continue lastig gevallen. Op dingen attent gemaakt waar we meestal niet op zitten te wachten. De grote bedrijven die in de Tegenlicht-uitzending genoemd worden (Google, Facebook, Twitter, Pinterst, Instagram) verdienen hun geld met reclame en andere middelen om mensen ‘iets’ aan te smeren. Zij zijn volop bezig de hoeveelheid big data waarmee ze kunnen spelen (beter: diverse soorten big data samenbrengen en er slimme algoritmes op loslaten) groter te maken; opdat ze ons nog beter weten te vinden.

Henk van Tuinen
Henk van Tuinen schreef in 2013 het boek Ons land kan menselijker : naar een economie die de samenleving verbetert. Hij constateert dat wij burgers overspoelt worden met reclame. Dat vindt hij verkeerd. En ziet als oplossing de oprichting van een fonds. Individuen en organisaties die tegenreclame willen maken kunnen een beroep doen op dit fonds. Hij hoopt dat deze anti-reclame mensen aan het denken zal zetten, waardoor ze afzien van de aankoop van een bepaald (verkeerd) product of dienst. Het boek is in Nederland doodgezwegen. Hij schoof niet aan in een talkshow; die begint en eindig met reclame. Heeft amper aandacht gekregen in de geschreven media. De reden is hetzelfde. Een andere reden is waarschijnlijk dat zo’n fonds ook geen zoden aan de dijk zal zetten. Maar hij heeft wel een punt. Merkt ergens op dat het naïef is om te denken dat reclame afgeschaft zou kunnen worden. Daar heeft hij zonder enige twijfel gelijk in. Maar aan de andere kant: er zijn wel meer verkeerde zaken afgeschaft (bijvoorbeeld slavernij).

Henk van Tuinen is trouwens verantwoordelijk voor de zin Mensen te voeden met de dilemma’s waar we voor staan. Een zin die goed past bij de Tegenlicht-redactie en een openbare bibliotheek.

Reclame
Hele bedrijfstakken hebben hun businessmodel gebaseerd op het verkopen van reclame. Of varianten daarvan. De column van Bas Heijne ging over zijn eigen bedrijfstak. Waar het steeds normaler wordt dat in een krant een artikel staat dat betaald wordt door een bedrijf of instelling. En steeds vaker ontbreekt boven zo’n stuk de kreet advertoral. Een glijdende schaal. Die – weet Bas Heijne – alleen maar zal toenemen. Kranten en tijdschriften verliezen in hoog tempo abonnees en een deel van de normale advertentie-inkomsten verschuift naar grote jongens als Google of Facebook. Je moet wat!

Bas Heije vindt dat geen goede ontwikkeling. Maar roepen dat het niet deugt is niet voldoende. Links- of rechtsom zullen we als samenleving een groot debat moeten gaan voeren over de rol van reclame in onze wereld. Commerciële televisie en radio, gratis nieuwssites, gratis email programma’s, gratis opslag van data, gratis dit, gratis dat. Een sprookje. Dat gratis aanbod kan alleen betaald worden door reclame. En als het aan die grote jongens ligt gaan we op die voet verder. Sterker: doordat zij steeds meer big data krijgen toegespeeld (en zich toeëigenen) gaan ze ons nog beter bedienen. Ons nog nauwgezetter van adviezen voorzien.

Een groot debat
In de Tegenlicht-uitzending werd van alles aangestipt maar ging het (dit keer) niet over een andere grote vraag of uitdaging. We moeten als mens(heid) op een andere voet gaan leven. De tijd van oneindige economische groei is voorbij. Moet althans ingetoomd worden. De aarde trekt het niet meer. Dat wringt met een businessmodel dat gebaseerd is op oneidig blijven consumeren van (vaak onnodige) producten en diensten. Links-of rechtsom komt een andere vraag op ons bord: of dit soort mediabedrijven niet genationaliseerd zouden moeten worden. Ondenkbaar? Idioot? Radicaal? Allemaal waar, maar pas rond 1920 kregen de meeste vrouwen voor de eerste keer het recht om te mogen stemmen. En tot die tijd werd keer op keer ‘nee’ verkocht.

Rol voor de bibliotheek?
In Barcelona sprak Tegenlicht met ene Mara Balestrini, die op verschillende plekken met projecten bezig is om data zodanig in te zetten dat het burgers wél ten goede komt. In Barcelona is in dit verband een fab lab opgericht, waar burgers bezig zijn uiteenlopende data zodanig te bewerken dat het ten goede komt aan de gemeenschap. Tijdens haar interview noemde ze twee keer het woord ‘commons‘. We moeten volgens haar na gaan denken over wie de eigenaar is (wordt, blijft) van ‘onze’ big data. Van de overheid? Grote bedrijven? Of iets daar tussenin. Zij pleit voor het laatste. Big data zullen de komende jaren alleen maar toenemen én manieren om ze als het ware te bevragen. De cruciale vraag wordt dan: wie mag met de resultaten daarvan ‘iets’ gaan doen. Of een andere vraag: wie geeft de opdracht om deze big data-set te koppelen aan een andere en om daaruit nieuwe kennis te extraheren? Met welk doel? Uit de Tegenlicht-uitzending blijkt overduidelijk dat dit momenteel vooral de grote media-gogols (als Google, Facebook etcetera) zijn. Mara en andere criticasters willen dat onze ogen open gaan en we dit onderwerp meer naar ons toe trekken. Dat we zelf big data gaan analyseren. Dat doen we niet voor onszelf. Noch voor de staat; maar voor iets daar tussenin: the commons.

Ik kan me voorstellen dat openbare bibliotheken zich samen met andere partners opwerpen als plek in een samenleving waar dit gedaan kan worden. Moeten we wel op zoek naar slimme girls en boys die ons daarbij gaan helpen. Iets voor De werkplaats van morgen.
En wederom een illustratie van het jaarthema Wat delen we met elkaar?

Data as commons
Aan het eind van de Tegenlicht-uitzending wordt  Mara Balestrini aan het woord gelaten. Hieronder staan de zinnen die ze uitspreekt, in de ondertiteling. De vertalers hebben helaas de zin ‘data as commons’ vertaald als ‘concept van data als gezamenlijk bezit’. Dat klopt; deels. In de zinnen daarna legt Mara uit wat ‘commons’ inhoudt: niet van het bedrijfsleven, niet van ‘de staat’ maar in wezen iets van ons allen.

Daarom vind ik het concept van data als gezamenlijk bezit ook zo interessant. Het is niet particulier, het is niet openbaar … het is ’n universele hulpbron. Als het gezamenlijk bezit is betekent het dat degenen die bijdragen ook deel uitmaken van ’t beheer. Ze beslissen mede over de ontwikkeling van de hulpbron. Wat zijn de beloningen en prikkels? Wie mag ‘m gebruiken en waarvoor? Daarom is ’t belangrijk de waarde van data in te zien en burgers te betrekken bij discussies over ’t beheer van data in plaats van dat over te laten aan hen die de data verzamelen. (42:10-42:53)

Citaat 350 (maandag 2 mei 2016)
Homepage Citaten 2016

Geef een reactie

Ontdek meer van Lezer van Stavast

Abonneer je nu om meer te lezen en toegang te krijgen tot het volledige archief.

Lees verder