Marijke Verbrugge is mede-oprichter van de vereniging Beter Onderwijs Nederland, die zich verzet tegen Het Nieuwe Leren. Zondag houdt Verbrugge in Oss de Blikopenerlezing over het onderwijs.
Het gaat niet goed met het onderwijs in Nederland, vindt Marijke Verbrugge, docent klassieke talen in Leiden. „Zo op het oog is er niks mis mee, maar als je door het laagje heenprikt zie je wat er allemaal niet deugt in het onderwijs. Als je met docenten spreekt, dan hoor hoe op alle niveaus de kwaliteit achteruit gaat.“
Marijke Verbrugge is met haar man, filosoof Ad Verbrugge, en enkele geestverwanten initiatiefnemer van de vereniging Beter Onderwijs Nederland (BON). Deze organisatie is opgericht uit onvrede met de richting die het onderwijs is ingeslagen, onder de allesomvattende noemer Het Nieuwe Leren. Dat is, eenvoudig samengevat, een onderwijsconcept waarbij de traditionele rol van de docent die voor de klas staat, is getransformeerd in die van een coach die de zelfstandig opererende leerling begeleidt in zijn leerproces. Een voorbeeld van Het Nieuwe Leren is het studiehuis in de bovenbouw van havo en vwo.
Beter Onderwijs Nederland voert fel campagne tegen de onderwijsvernieuwingen die de afgelopen decennia in Nederland zijn ingevoerd. „De vernieuwing is helemaal doorgeslagen. Het is niet meer belangrijk dat leerlingen kennis opdoen, alles draait om vaardigheden“, zegt Verbrugge. Ze is absoluut niet onder de indruk van de jaarlijkse rapportages van bijvoorbeeld de Onderwijsinspectie, die weliswaar tekortkomingen signaleert, maar over het geheel genomen het Nederlandse onderwijs, ook in internationaal perspectief, als goed beoordeelt.
Examens
„Leg de examens van nu maar eens naast die van twintig jaar geleden, die van nu zijn veel gemakkelijker. De inspectie is helemaal niet onafhankelijk en neutraal. Ze maakt deel uit van een netwerk van mensen in het onderwijs, vooral managers, bestuurders en adviesbureaus als KPC, die maar voor één ding staan en dat is Het Nieuwe Leren doordrukken. Tegen de zin van veel docenten, die vinden dat hun vak wordt uitgehold. Maar wie kritisch is wordt monddood gemaakt.“
Het is haar min of meer overkomen, zegt Verbrugge (40). Ze werkte als docent klassieke talen op de Daltonschool in Dordrecht toen daar in 1998 het studiehuis annex tweede fase werd ingevoerd. „Ik had mijn bedenkingen tegen het studiehuis, ik geloof niet dat een leerling in staat is om zich zelfstandig lesstof eigen te maken, de hele goede leerling misschien uitgezonderd. Leerlingen zijn op die leeftijd niet intrinsiek gemotiveerd, die gaan bijvoorbeeld niet uit zichzelf rijtjes woorden erin stampen, terwijl je die kennis toch echt nodig hebt wil je een taal goed beheersen. Mijn lesuren werden meer dan gehalveerd omdat er meer uren moesten komen voor zelfwerkzaamheid van de leerling. Dat deed voor mij de deur dicht, want in die paar uurtjes kun je leerlingen niet grondig Grieks en Latijn leren. Dat geldt evenzeer voor andere vakken.“
Boosheid
Ze nam ontslag, maar dat nam haar boosheid niet weg. Verbrugge, en met haar BON, verwijt de wegbereiders van Het Nieuwe Leren, dat ze hun opvatting over onderwijs tot een ideologie hebben gemaakt, die boven elke twijfel verheven is. „Ideologie hoort niet thuis in het onderwijs. Het is in de jaren zeventig begonnen met de PvdA die de middenschool wilde invoeren, onder het mom van gelijke kansen. Dat is later de basisvorming geworden, en het was op voorhand duidelijk dat die moest mislukken. Het is toch waanzin om op de middelbare school leerlingen van vbo tot en met gymnasium nog drie jaar bij elkaar in de klas te willen houden.“
Het Nieuwe Leren
Verbrugge is niet overtuigd van het argument dat in een snel veranderende samenleving het onderwijs mee moet bewegen. „Vernieuwing kan nooit een doel op zich zijn. Klassikaal lesgeven heeft zijn waarde al eeuwen bewezen, dan is het dwaas om dat ineens overboord te zetten en te vervangen door Het Nieuwe Leren, waarvan niet bewezen is dat het werkt. Sterker nog, in Amerika en Groot-Brittannië zijn ze er al lang achter dat het een mislukking is en is het terug gedraaid.“
Verbrugge en BON vinden dat de docent als professional weer serieus moet worden genomen. De leraar is het beste in staat om inhoud te geven aan het onderwijs. „De macht van de managers, die precies voorschrijven hoe docenten dienen te werken, moet worden teruggedrongen. Ik zie niet in wat er mis is met een docent die in een klas het privilege heeft op de manier van lesgeven. En natuurlijk dienen zij zich naar de buitenwereld te verantwoorden. Maar de docenten moeten het binnen de school weer voor het zeggen krijgen.“
Feiten
In het kader van de serie Blikopener houdt Marijke Verbrugge zondag een lezing in De Groene Engel aan de Kruisstraat in Oss. De titel luidt: Ontnuchteringsjaren – De staat van het onderwijs. Aanvang 14.00 uur.
De lezingencyclus Blikopener is georganiseerd door het Brabants
Artikel: De school moet weer van de docenten worden
Bron: Brabants Dagblad van donderdag 14 december 2006
Auteur: Emmanuel Naaijkens
Één reactie op “De school moet weer van de docenten worden”
[…] Marijke Verbrugge – De school moet weer van de docenten worden […]