Categorieën
Boeken Onderwijs

Weg met boeken

Jeroen Dijsselbloem: “In het onderwijs heerst een sterk anticognitieve stemming: weg met boeken. Alsof boeken raar zijn, alsof het raar is er gebruik van te maken. Waanzin.”

In het juli-augustus nummer van het Tijdschrift voor Sociale Vraagstukken (TSS) staat een interview met Jeroen Dijsselbloem. Hij was als PvdA-Kamerlid voorzitter van de parlementaire onderzoekscommissie die hardop constateerde dat de overheid de kwaliteit van het onderwijs heeft laten versloffen. Zowel qua inrichting als naar de inhoud. Vernieuwingen die de laatste decennia zijn doorgevoerd hebben niet goed uitgepakt. En de overheid moet vooral scherper gaan vastleggen wat leerlingen aan het eind van de rit moeten weten én vooral dient dit bewaakt te worden door toetsing, monitoring en centrale examens. De basisvaardigheden taal en rekenen dienen centraal te staan.

Burgerschapsvorming
De redactie van TSS stuurde redacteur Jelle van der Meer naar Jeroen Dijsselbloem omdat dit blad benieuwd was naar de vraag hoe deze stellingname (taal en rekenen centraal) zich verhoudt tot het initiatiefwetsvoorstel dat Dijsselbloem twee jaar daarvoor indiende waarin burgerschapsvorming aan de centrale onderwijsdoeleinden werd toegevoegd. In het interview geeft Dijsselbloem aan dat het toen nodig was om een aantal islamitische scholen die niets deden aan integratie te dwingen daaraan meer aandacht te gaan schenken. Hij vindt actief burgerschap en sociale integratie belangrijk maar burgerschapsvorming is een, zoals hij dat noemt, een metadoel. Een opdracht die scholen in alle vakken dienen op te nemen, a.h.w. te integreren. 

“Wij zeggen: wees over heel weinig precies, te beginnen met de primaire basisvaardigheden van taal en rekenen. Verder juichen  wij ook de canonisering van aardrijkskunde, geschiedenis en natuurkunde toe'”

Hij is minder te spreken over andere zaken die in de loop van de tijd op het bordje van de scholen en de leerkrachten zijn neergelegd.

Misschien een domme vraag, maar wat is eigenlijk het doel van onderwijs?
Een bijdrage leveren aan de vorming van jongeren. Hen helpen een plek te veroveren in de samenleving en daarmee een bijdrage aan hun eigen ontwikkeling en de ontwikkeling van de samenleving. Ik leg de nadruk op het woordje ‘helpen’. het onderwijs is geen vormingsfabriek. De afgelopen decennia is het onderwijs opgezadeld met hoge verwachtingen. Voor allerlei maatschappelijke misstanden zoals ongelijkheid en discriminatie, was het onderwijs de sleutel tot de oplossing. Dat zijn te hoge ambities. Wij zeggen dat het minder moet. Dat zal nog niet eenvoudig zijn. Maatschappelijke misstanden signaleren is de corebusiness van de politiek. Uit onmacht, omdat men geen andere oplossing ziet, wordt het onderwijs aangewezen. Toename obesitas? Hup, scholen moeten gaan lesgeven in gezond eten.

Voorbeeld – de Mozaiekschool in de wijk Malburgen in Arnhem
Een zwarte school. Ook daar hebben ze alles aan de kant geschoven. De aandacht gaat geheel naar elementair onderwijs: taal, lezen, rekenen. De Onderwijsraad heeft in een recent advies voor hetzelfde gepleit. Te vaak wordt te vroeg gestopt met aandacht geven aan lezen. De redenering is dat na de AVI het lezen klaar is, maar dat is voor veel leerlingen niet zo. Vergelijk het met een antibioticakuur: als het niet werkt, moet je niet stoppen maar juist de kuur helemaal afmaken, want verwaarlozing is gevaarlijk.

Back to basics
Taal en rekenen zijn voorwaarden voor alles. Wij, hoogopgeleiden, onderschatten wat het betekent als je niet goed kunt lezen en schrijven, jezelf niet goed kunt uitdrukken. Leg daar je eerste prioriteit, in het basisonderwijs én in het voortgezet onderwijs. Wij willen een correctie op de basisvorming. Daar wordt een te groot belang gehecht aan algemene vorming: vijftien vakken moet wel ten koste gaan van basiskennis- en vaardigheden. () Wij pleiten voor concentratie op basiskennis- en vaardigheden: zorg ervoor dat leerlingen heel goed zijn in taal en rekenen c.q. wiskunde. In het onderwijs heerste een sterk anticognitieve stemming: weg met boeken. Alsof boeken raar zijn, alsof het raar is er gebruik van te maken. Waanzin.

Rol van de ouders
In dit stuk zegt Dijsselbloem niets over de rol van ouders. Scholen zullen de komende jaren meer de nadruk gaan leggen op taal en rekenen. De school regelt het wel, maar die kan alleen écht slagen als leerlingen in eigen vrije tijd oefenen, doorgaan met waar ze op school mee bezig zijn. Niet alleen omdat het moet, en goed voor ze zou zijn maar vooral ook omdat ze er al oefenend achter komen dat lezen leuk, inspirerend, verslavend en wie weet wat nog meer kan zijn. Om de beeldspraak van Dijsselbloem door te trekken:  leerlingen gaan in hun vrije tijd doorgaan met het slikken van de medicijnen. Om een moralistisch verhaal kort te houden:  ouders zien er op toe dat hun kinderen ’s avonds en in de weekenden en vakanties lezen. Boeken van school, henzelf of de Openbare Bibliotheek. Tijd daarvoor wordt gevonden door bijvoorbeeld  minder te msn-en, gamen of anderzins achter een beeldscherm te hangen. De kans dat die remedie helpt is – uiteraard – groter als ouders zelf ook het goede voorbeeld geven.

(donderdag 4 september 2008)

Door Hans van Duijnhoven

Bibliothecaris sinds september 1979. Werkzaam in de regio Noord Oost Brabant.

Geef een reactie

Ontdek meer van Lezer van Stavast

Abonneer je nu om meer te lezen en toegang te krijgen tot het volledige archief.

Lees verder