Een prentenboek!?
Vorig jaar kwam collega Annelies van Uden van de Bibliotheek Veghel (verwarrend, nietwaar?) op zeker moment uit de kast. Ze gaf aan dat er begin 2019 van haar een boek zou gaan verschijnen. Een prentenboek. Bij een goede uitgever: De Vier windstreken.

Opmerkelijk. Ik wist dat ze Nederlands had gestudeerd, maar niet dat ze boeken schreef! Het bleek achteraf een oude tekst te zijn die op zeker moment door deze uitgever was opgepikt. Die koppelde haar aan een redelijk bekende illustrator – John Rabou – én voilá, dan heb je een écht boek: Het waterschaap. Haar eerste boek. Verscheen dit voorjaar en werd officieel op zondag 24 maart, in ‘haar’ eigen bibliotheek ten doop gehouden.
Sindsdien is het onder meer door de bibliotheeksector opgepikt. Zoals dat met de meeste boeken gaat die voor een min of meer breed publiek worden geschreven.
Artikel: Manfred: een Veghels schaap om verliefd op te worden (Brabants Dagblad, maart 2019)
De gang van het boek in bibliotheekland
Naar schatting komen er in het Nederlandse taalgebied jaarlijks tegen de vijftwintigduizend boeken uit. Daarvan biedt NBD Biblion er jaarlijks circa vijftienduizend aan de Nederlandse bibliotheken aan.
Uitgeverijen bieden doorlopend nieuwe boeken bij ‘de’ NBD aan. Die worden vervolgens voorgelegd aan een poule deskundigen. Deskundigen op talloze terreinen. Honderden mensen die in een recensie kort aangeven wat de gebruiker kan verwachten. Nadrukkelijk geven zij ook aan voor welke doelgroep een bepaalde titel geschikt is. Denk aan leeftijd, moeilijkheidsniveau, te verwachten vraag et cetera.
Voor alle duidelijkheid: in geen enkele Nederlandse boekwinkel worden zoveel boeken aangeboden.

Week ná week
Wekelijks bundelt de NBD deze recensies en verstuurt deze naar alle aangesloten bibliotheken. In de praktijk krijgt elke bibliotheek wekelijks ongeveer driehonderd recensies voor haar kiezen. Tweeënvijftig weken per jaar. Vervolgens lezen binnen elke bibliotheek(organisatie) meerdere bibliothecarissen die recensies en bepalen vervolgens om een bepaalde titel wel of niet aan te schaffen. Ook beslissen ze over het aantal exemplaren. Vaak wordt door deze bibliothecarissen voor meerdere vestigingen binnen hun werkgebied aangeschaft.
In de regio Noord Oost Brabant gaat het om vijftien vestigingen plus tientallen schoolbibliotheken waarvoor mede wordt gecollectioneerd. Het gaat om grote aantallen, en veel geld.
Annelies collectioneert samen met zeven andere collega’s. Eén keer per vier weken is zij aan de beurt; zij richt zich (natuurlijk) op het aanbod voor jeugd en jongeren. Vier collega’s richten zich op het aanbod voor volwassenen.
Meer weten? Over NBD – Voor uitgevers – Voor recensenten – Media aanbod
Week na week worden door bibliotheken uit heel Nederland op deze manier boeken en andere materialen bij de NBD besteld. Die koopt vervolgens die materialen bij de uitgevers in en maakt ze ‘uitleenklaar’. Boeken worden geplastificeerd, waar nodig verstevigd en voorzien van een titelbeschrijving. Die titelbeschrijving wordt in het boek aangebracht. Die titelbeschrijving plus recensie kan iedere bezoeker van de bibliotheek via de (web)catalogus raadplegen.
Een gemiddelde week
Het waterschaap is voor collega Annelies van Uden natuurlijk een bijzonder, en uniek boek. Ook voor ons, in deze regio. Maar voor de bibliotheek als instituut is het ‘slechts’ een van de duizenden boeken die jaarlijks binnenkomen, door onze handen gaan. Week na week worden door de NBD dozen vol nieuwe materialen afgeleverd. Honderden exemplaren, honderden titels. Week, na week. Die niet alleen aan de digitale catalogus moeten worden toegevoegd, maar vooral ook fysiek verwerkt moeten worden. Doos na doos moet uitgepakt worden, gecontroleerd en verwerkt.
Veel werk
Dit verwerken houdt vooral in dat de chip die door de NBD in elk boek is aangebracht aan de bewuste titel in de catalogus moet worden gekoppeld. Zodanig dat als een bezoeker of collega zo’n titel in de catalogus opzoekt hij of zij weet waar een bewust exemplaar zich bevindt. In welke vestiging (één van de vijftien in onze regio), op welke etage en met name in welke kast. Niet alleen fictie of non fictie, maar veel specifieker. In de prentenboekkast, op het makkelijk lezen plein, in de science fiction kast of bij de reisgidsen. Gaat daar iets fout, dan is een boek feitelijk ‘zoek’.

En dit alles gaat – nogmaals – week na week, in een onverbiddelijk tempo door. Gaat om duizenden boeken en andere materialen. Een logistiek traject van jewelste. Drie keer per week rijdt een busje door de hele regio om materialen af te leveren en mee te nemen.
Toevoegen, én verwijderen
Tegelijkertijd worden er elke week ook boeken en andere materialen aan de collectie onttrokken. Dat moet! Openbare bibliotheken zijn geen archieven of bewaarbibliotheken. De kasten zijn berekend op een bepaalde omvang en kunnen niet meer aan.
Wekelijks worden om drie redenen materialen afgeschreven. Allereerst omdat een bepaald boek, vies, kapot of smerig is. Een andere reden heeft te maken met de inhoud; die is soms domweg verouderd. De derde reden is de moeilijkste, maar ook nodig.
Wat heeft kwaliteit
Na verloop van tijd (zeg: drie jaar) kun je als bibliothecaris constateren dat een bepaald boek niet meer wordt uitgeleend. Er is geen vraag meer naar. Ook komt het voor dat een bepaald aangeschaft boek nog nooit is uitgeleend. Bekijk je het rationeel dan moet je dit soort boeken rücksichtlos afschrijven; maar daar komt de moeilijkheid om de hoek kijken.
Een openbare bibliotheek heeft als taak een evenwichtige collectie aan te bieden en in stand te houden. Evenwichtig houdt (vooral) ook in dat je titels handhaaft die een bepaalde (culturele en maatschappelijke) waarde hebben, los van het feit of ze veel geleend worden. Alleen, hoe bepaal je dat?
Het gaat over kwaliteit. Beoordelen wat waardevol is; voor deze plaats of regio. Een tussenoplossing is om zo’n zelden uitgeleend, maar wel belangrijk boek in het depot of magazijn te plaatsen. Via de webcatalogus kan iedereen die wil het vinden, reserveren en lenen. Het kost enige dagen, want het moet opgehaald worden en verstuurd naar de bewuste vestiging waar de lener gewend is zijn of haar materialen te lenen.
Deel van een netwerk
Iets dergelijks gebeurt op een grotere schaal natuurlijk ook via het zogenaamde InterBibliothecaire Leenverkeer (IBL). In principe zijn alle openbare bibliotheken met hun volledige bezit opgenomen in de landelijke catalogus. En kan elk bibliotheeklid in principe elke titel reserveren en naar zijn of haar bibliotheek laten opsturen. Tot nu is er nog geen landelijk magazijn waar waardevolle titels voor hele Nederland worden bewaard.
In de praktijk realiseert elke collectionerende en sanerende bibliothecaris zich echter dat hij of zij een taak heeft die de eigen plaats of regio overstijgt. Kort geformuleerd: je schrijft niet domweg alles af wat zelden of nooit meer wordt geleend.
Vakmanschap
Collectioneren (aanschaf + saneren) is een vak, en dit heeft vooral te maken met het afwegen van wat waardevol is; kwaliteit heeft. Collectionerende bibliothecarissen dienen een brede blik en een grote algemene ontwikkeling te hebben. Belangrijk is ook om doorlopend alert te zijn op nieuwe ontwikkelingen, titels. Weten wat in de maatschappij speelt, welke nieuwe namen zich aandienen et cetera.
Deze kennis komt ook prima van pas om (beter) te kunnen programmeren. Bibliothecarissen bedenken uiteenlopende activiteiten om leden en niet-leden van de bibliotheek in een bepaalde plaats of regio met een bepaald onderwerp in aanraking te brengen. Willen hen daarover informeren. Mensen na laten denken over dilemma’s en vragen die rondom zo’n onderwerp (gaan) spelen. En altijd zal de bibliothecaris van dienst aan deze activiteit titels uit de collectie koppelen. Per slot van rekening ‘moet’ je bijna – wederom per definitie – op een of meerdere boeken terug vallen als je domweg ‘iets’ meer van een bepaald onderwerp wilt weten.
Het waterschaap
Uitgeverij De vier windstreken is niet gek. Iemand heeft ingezien dat de tekst van Annelies van Uden voor veel peuters en kleuters geschikt is. Een leuk, vrolijk en grappig verhaal over een ‘stout’ schaap dat wil zwemmen. Het wordt pas een feest door daar ‘plaatjes’, tekeningen aan toe te voegen. John Rabou heeft de tekst goed aangevoeld. Ik kan me voorstellen dat veel kinderen er samen met een voorlezende (groot)ouder of onderwijzer veel plezier aan beleven. Vragen om hét nog één keer voor te lezen. De kracht van herhaling. De kracht van verbeelding.

Twaalf andere prentenboeken
Vandaag pakte ik redelijk willekeurig twaalf prentenboeken van een plank op onze zogenaamde catalogusafdeling. De plek waar alle materialen voor alle samenwerkende Noord Oost Brabantse Bibliotheken worden besteld, verwerkt en doorgestuurd naar de verschillende vestigingen. Daar is het wekelijks ‘feest’. Worden dozen opengemaakt waarin ‘de’ nieuwe boeken en andere materialen zitten. Gisteren pakte ik elf andere prentenboeken die klaar stonden voor de Bibliotheek Oss. Oss behoort samen met Veghel en Uden tot de grootste bibliotheken in ons werkgebied. Dit houdt concreet in dat er wekelijks voor deze bibliotheken meer boeken worden besteld dan voor kleinere vestigingen als Lith, Odiliapeel, Schaijk, Erp of Berghem.
De keuze was willekeurig, maar bedoeld om een aanname van mijzelf bevestigd te zien. Wekelijks komen er – ook bijna per definitie – leuke en interessante nieuwe prentenboeken bij. Én andere boeken. Voor Jan en alleman. Hoog- en laagopgeleid. Fictie én non-fictie leners/lezers. De kwaliteit verschilt natuurlijk, maar daarover mogen mensen met elkaar van mening verschillen.
Dit experiment was ook bedoeld om te ‘bewijzen’ dat het boek van Annelies van Uden prima in onze collectie past.
Geen wonder, als ik vandaag binnen de catalogus op woorden zoek levert ‘De vier windstreken’ 552 treffers op. Conclusie: prentenboeken van deze uitgever worden bijna per definitie door onze (jeugd)bibliothecarissen aangekocht. Zij weten dat De vier windstreken vaak kwalitatief goede boeken uitbrengt en Het waterschaap is daarvan een voorbeeld.
Hieronder die twaalf boeken met de recensietekst. De plaatjes wekken de suggestie dat alle boeken hetzelfde formaat hebben. Dat is nadrukkelijk niet het geval. Bij prentenboeken doet het formaat er vaak wel degelijk toe. Ik presenteer de boeken naarmate er meerdere exemplaren van zijn aangeschaft. Het varieert van vijftien tot vier. Maar van Het waterschaap hebben ‘we’ op dit moment maar liefst 16 exemplaren beschikbaar. Terecht, natuurlijk. En gelooft u me niet? Kom eens langs en blader het eens door. Leen het, en lees het voor aan uw (klein)kind.
Bij titels voor volwassenen komt het regelmatig voor dat slechts één exemplaar voor de hele regio wordt aangeschaft; bij boeken voor kinderen komt dat zelden voor.
Enkele cijfers
Twaalf boeken, van acht uitgeverijen. Drie van Leopold; twee van Gottmer.
Vijf vertaalde boeken.
Eén boek maakt deel uit van een reeks (Lotta …).
Van twee schrijvers is dit het eerste boek dat in onze collectie is opgenomen (Margarita Surnaite & Ingrid Chabbert).
Bij zeven van de twaalf boeken werkten een schrijver én tekenaar samen. De andere vijf zijn solo-projecten.
De bekendste schrijvers/tekenaren zijn: Hans van Straaten (want 428 treffers in catalogus op 13 mei 2019), Rindert Kromhout (251), Sam Loman (72), Daan Remmerts de Vries (53) en Britta Teckentrup (52).
Zestien exemplaren

Annelies van Uden & John Rabou. Het waterschaap (De vier windstreken 2019)
Manfred wil zwemmen. Echt héél graag. De andere schapen vinden het een slecht idee, maar Manfred zit uren aan de waterkant te dromen over de vlinderslag, snorkelen en bommetjes maken in de sloot. Alleen… hoe krijgt hij dat voor elkaar?
Vijftien exemplaren

Ingrid Chabbert & Guridi. De dag dat ik een vogel werd (Uitgeverij Hoogland) emoties (rugetiket)
Een jongetje is voor het eerst verliefd. Op Isabel, die zo van vogels houdt. Om haar aandacht te trekken, verkleedt hij zich als vogel. Op school wordt hij uitgelachen en het is best onhandig met plassen en voetballen. Maar wat vindt Isabel ervan? Prentenboek met expressieve tekeningen in sobere kleuren. Vanaf ca. 4 jaar.
Een jongetje wordt voor het eerst verliefd. Thuis maakt hij een tekening van Isabel, het meisje dat erg van vogels houdt. Het jongetje kijkt nu ook anders naar vogels en besluit op een dag zichzelf als vogel te verkleden. Op school lachen ze hem uit, en voetballen en in bomen klimmen gaat ook niet echt gemakkelijk. En als het regent ruikt hij als een natte hond. Maar op een middag komt hij Isabel tegen en slaat zij haar armen om hem heen. Zeer vertederend prentenboek over de eerste verliefdheid en hoe je je dan, maar eigenlijk altijd als je verliefd bent, voelt. De herkenbare gevoelens van het jongetje, de ik-figuur, worden op een heel invoelbare wijze beschreven, zowel in woord als beeld. De sobere illustraties in grijstinten (op één illustratie na waarbij met blauw een extra accent is gelegd) volgen het verhaal, maar vertellen ook een eigen verhaal, over de opbouw van de vogel waarmee de ik-figuur indruk wil maken op Isabel. Bijzonder mooi zijn de illustraties van diverse vogels als duidelijk wordt dat Isabel zo van vogels houdt. Relatief klein formaat; gedrukt op glanzend beige papier. Een zeer aan te bevelen prentenboek over verliefdheid.

Sjoerd Kuyper & Grootzus. Kom je mee? (Rubinstein 2019) echtscheiding
Nesta’s ouders zijn gescheiden. Zijn vader woont hoog in een flat, dus mag Nesta’s kat Bardo niet mee als hij daar slaapt. Voor zijn zwemdiploma-A krijgt Nesta een ingelijste foto van Bardo cadeau. Maar daar neemt Nesta mooi geen genoegen mee. Prentenboek met kleurrijke collages. Vanaf ca. 4 jaar.
Als Nesta zijn A-diploma haalt, zijn allebei zijn ouders aanwezig in het zwembad, maar direct is duidelijk dat ze gescheiden zijn. Als cadeau krijgt Nesta een ingelijste foto van zijn kat Bardo. Maar een foto kan zijn kat niet vervangen. Als hij bij zijn vader is, die hoog in een flat woont, mist hij zijn kat en hij schrijft zelfs een kaart aan Bardo. Dan bedenkt Nesta een plan om Bardo toch mee naar zijn vader te nemen, maar dat levert de nodige problemen op. Zo blijkt Bardo erg geïnteresseerd in de poes op het balkon van de buurvrouw. Indrukwekkend verhaal waarin een kleine jongen het vaak ontbreken van aandacht van zijn ouders compenseert door gesprekken met zijn allerbeste vriend, zijn kat Bardo. Vanuit het perspectief van de ik-figuur zien we hoe hij aankijkt tegen zijn gescheiden ouders. De sprankelende tekst en kleurrijke illustraties, in een gemengde collageachtige techniek met veel details, vullen elkaar mooi aan. De laatste illustratie, waarin Nesta zijn B-diploma haalt en alle belangrijke toeschouwers op de kant zitten, maakt het verhaal mooi rond. Nesta’s moeder heeft een kleurrijk Afrokapsel, Nesta en zijn blanke vader dragen allebei stoere cowboylaarzen. Prentenboek dat zich goed leent voor het bespreekbaar maken van het thema echtscheiding

Myriam Ouyessad & Ronan Badel. De wolf komt echt niet (Gottmer 2019)
Een konijnenkleuter vraagt zich af of de wolf echt niet bij zijn huis kan komen. Volgens zijn mama is dat onmogelijk en hoeft hij zich geen zorgen te maken. Maar hoe kan ze dat zo zeker weten? Prentenboek met humoristische tekeningen in rustige kleuren. Vanaf ca. 4 jaar.
Een konijnenkleuter wordt door zijn moeder naar bed gebracht. Maar hij is er niet helemaal gerust op of de wolf niet komt. Vanaf dat moment ontkent op de linkerpagina zijn moeder telkens in alle toonaarden, dat het mogelijk is dat de wolf toch komt en waarom dat zo is. Op de rechterpagina echter ziet de lezer tegelijkertijd en tekstloos het tegenovergestelde gebeuren: de wolf lapt al moeders logica aan zijn laars en komt steeds dichterbij. Daardoor neemt de spanning toe, die weer wordt verzacht doordat de geslaagde, stripachtige, zacht ingekleurde lijntekeningen veel speelsheid en humor bevatten. Als het konijntje dan eindelijk gaat slapen, wordt er op de deur geklopt en volgt – ook voor vader en moeder konijn – een zeer verrassende ontknoping. In dit erg grappige verhaal blijkt niet het kind, maar juist de volwassen konijnenmoeder naïef te zijn en wordt de lezer mede daardoor op het verkeerde been gezet. Het prentenboek komt toevalligerwijs precies op het juiste moment, nu de wolf een comeback maakt in Nederland. De teksten bestaan uit louter dialoog, wat iets meer vaardigheid van de voorlezer vraagt dan anders. Enig miniem minpuntje is dat die teksten wellicht iets korter hadden gekund. Voor de rest niets dan lof.

Harmen van Straaten. Wat rijmt er op stoep? (Leopold 2019) letters en woorden
Thomas is op weg naar zijn jarige oma. Onderweg ziet hij een zak snoep liggen, maar een hond gaat ermee vandoor. Thomas gaat erachteraan en zo begint een hilarische achtervolging door de stad. Prentenboek met dynamische kleurenillustraties en tekst op verrassend, grappig rijm waaraan steeds een woord ontbreekt. Vanaf ca. 4 jaar.
De oma van Thomas is jarig en hij heeft al een mooi cadeau voor haar. Maar er moet nog een ‘verjaardagsrijm’ bij. Onderweg naar oma ziet hij een zak snoep liggen, maar een hond gaat ermee vandoor. Er volgt dan een lange achtervolging, waarbij er van alles gebeurt. Uiteindelijk weet Thomas de zak snoep te bemachtigen. En door de achtervolging heeft hij direct ook een ‘verjaardagsrijm’. Uitermate humoristisch achtervolgingsverhaal waarin de meest hilarische dingen gebeuren met de mensen die Thomas tegenkomt. De tekst is op rijm (aabbb) met een heerlijk ritme, wat voorlezen tot een extra plezierige activiteit maakt. Elke spread eindigt met een zin waar nog een of meer woorden aan toegevoegd moeten worden binnen het rijmschema (zoals dikke billen, scheet, poep), maar de woorden die je verwacht zijn het niet. Op de volgende pagina staat dan wat er wel hoort te staan (brillen, kreet, snoep). Een schitterende vondst die de interactie tussen voorlezer en kleuter bevordert. Fijn groot formaat, ruim A4. De expressieve kleurenillustraties in waterverf bestrijken dubbele pagina’s. Een aanrader.
Twaalf exemplaren

Rindert Kromhout & Jan Jutte. Mevrouw Wervelwind (Leopold 2019) anders zijn
In een ingeslapen dorpje gebeurt al jaren niets bijzonders. De schooljuf heeft er genoeg van en wil de wijde wereld in. Dan verschijnt ineens de eigenzinnige, kleurrijke mevrouw Wervelwind, die het dorp wakker schudt. Misschien kan zij de nieuwe juf worden? Groot prentenboek met kleurrijke illustraties. Vanaf ca. 5 jaar.
In een klein dorp verloopt het leven van alledag al jarenlang onveranderd. De schooljuf heeft er genoeg van en wil de wijde wereld in, maar een nieuwe juffrouw is niet zo gemakkelijk te vinden. Op een dag komt een opvallende dame het dorp bekijken. Met haar kleurrijke, fladderende kledij en rollende r valt zij iedereen op en haar vrije denkbeelden zijn als een frisse wind. Vrolijk, groot formaat prentenboek, waarin een buitenstaander met een originele kijk op het leven het ingeslapen dorp wakker schudt. De tekst is prettig leesbaar en soms poëtisch (‘als een zeilschip in de storm’, ‘sneeuwden de iepen’). De illustraties over twee pagina’s tonen het dorp en haar inwoners in zachte, fletse tinten, terwijl mevrouw Wervelwind kleurrijk en prominent aanwezig is. Terwijl de kinderen haar nieuwsgierig volgen, verandert hun houding en expressie. Aan het eind van het boek dragen juf en kinderen ook fleurige kleren. Mevrouw Wervelwind is geïnspireerd door Lady Ottoline Morell, mecenas van de beroemde Bloomsbury-groep, waarover de auteur diverse jeugdboeken schreef.
Elf exemplaren

Daan Remmerts de Vries. Vos is een boef (Gottmer 2019)
Vos trakteert zijn vrienden Das en Wasbeer op een heerlijk etentje. Maar hoe is Vos aan de gebraden kip gekomen? Dat zal toch niets te maken hebben met die Dodo die laatst aan de deur kwam? Das en Wasbeer vertrouwen Vos niet en gaan op onderzoek uit. Prentenboek met kleurrijke aquareltekeningen. Vanaf ca. 4 jaar.
Das en Wasbeer zijn uitgenodigd om bij hun vriend Vos te komen eten. Hij heeft een kip gebraden en zijn vrienden kijken likkebaardend toe hoe hij het braadstuk op tafel zet. Maar dan valt hun oog ineens op de collectebus op het kastje. Die is van Dodo, die geld inzamelt voor de uitstervende dieren. Hoe komt Vos aan die collectebus? En waar is Dodo eigenlijk gebleven? Het is wel heel toevallig dat Vos net nu gebraden kip serveert. De vrienden vluchten de deur uit en houden van een afstandje in de gaten wat Vos allemaal uitspookt. Ze weten het zeker: Vos is een boef! Of interpreteren ze het misschien verkeerd? Een grappig, spannend en origineel verhaal over vriendschap, vertrouwen en vooroordelen. De personages zijn raak neergezet, zowel in tekst als in beeld. Met speelse illustraties met pen, waterverf en collagetechnieken, waarbij de emoties de dieren treffend zijn weergegeven. Leent zich goed om met jonge kinderen te praten over het gevaar van overhaaste conclusies trekken. Een aanrader!
Zes exemplaren

Margarita Surnaite. Het verloren boek (Leopold 2019) verdwalen/kwijt
Alle konijnen in Konijnenstad houden van lezen, behalve Tommie. Dan vindt Tommie een boek en gaat hij op zoek naar de eigenaar. Hij ontdekt een andere wereld, waar iedereen voortdurend op zijn telefoon kijkt. Behalve één meisje. Oblong prentenboek met illustraties in frisse kleuren. Vanaf ca. 4 jaar.
Tommie woont in Konijnenstad, waar iedereen graag leest. Behalve hij. Buiten spelen is toch leuker? Als hij op een dag een boek vindt, kruipt hij door de doorgang in de struiken waar hij het boek gevonden heeft en komt in een andere wereld terecht. Een wereld waar mensen nergens op letten en allemaal naar hun mobiele telefoon staren. Zijn verhalen en boeken ook avontuurlijk? Avontuurlijk prentenboek over lezen, verhalen, boeken, fantasie en contact hebben met elkaar. De lieflijke prenten in heldere, frisse kleuren zijn toegankelijk en digitaal bewerkt. De tekst is kort en duidelijk en staat in duidelijk lettertype zonder schreef in of naast de prenten. Mooi vormgegeven, gebonden uitgave in oblong formaat met een aantrekkelijk omslag met accenten in glanzende foliedruk. Geschikt om te gebruiken voor een gesprek over lezen versus moderne media met jonge kinderen. Avontuurlijk prentenboek met een kleine twist
Vijf exemplaren

Sam Loman. Een beste vriend voor Beer (Clavis 2019)
Beer wil heel graag een beste vriend. Maar hoe vind je die? Konijn wil hem wel helpen zoeken. Uil ook, en Vos, Eekhoorn en Das. Maar hoe weet je of je een vriend gevonden hebt? Prentenboek met zachtgekleurde tekeningen. Vanaf ca. 4 jaar.
Beer wil heel graag een beste vriend. Zijn papabeer zegt dat hij naar buiten moet gaan. ‘Dan kom je vanzelf een vriend tegen met wie je kunt spelen.’ Beer vraagt aan Konijn waar hij een beste vriend kan vinden, dan aan Uil, vervolgens aan Eekhoorn, Das en Vos. Maar het blijkt niet zo eenvoudig om een vriend te vinden. Of misschien maakt Beer het veel moeilijker dan het is? Vierkant prentenboek met vriendelijke, frisgekleurde illustraties die steeds een spread vullen. De dieren hebben hun natuurlijke kleuren en dragen schoenen en sjaals. Voor het bos, de bloemen en bomen zijn zachte tinten gekozen. In deze zachte afbeeldingen springen de expressieve, in zwart getekende snuitjes van de dieren eruit. De tekst staat in zwarte schreefletter over de platen afgedrukt, waarbij het terugkerende ‘een beste vriend’ en het nieuw optredende dier vetgedrukt zijn. Lief stapelverhaal over vriendschap, die soms dichterbij is dan je denkt maar die je moet zien om hem te kunnen vinden.

Diane Put & Rik de Wulf. Lotta op piratentocht (Clavis 2019)
De kuikens van tante Cato zijn verkleed als piraten en gaan op zoek naar een verborgen schat. Lotta zorgt ervoor dat iedereen mee kan, ook de vogelverschrikker met zijn ene been en de slechtziende mol. Want echte piraten laten niemand in de steek! Oblong prentenboek met paginagrote, vrolijk gekleurde illustraties. Vanaf ca. 4 jaar.
De kuikens van tante Cato staan te springen van plezier. Ze hebben zich verkleed als piraten en gaan op zoek naar de schat van piraat Kupkeek. Natuurlijk wil Lotta meteen mee op piratentocht. En alle dieren die ze onderweg tegenkomen, mogen ook mee. Lotta verzint een oplossing voor mama koe die geen verkleedkleren heeft, voor de vogelverschrikker die nooit ergens heen kan, voor mol met zijn slechte ogen en voor schildpad die zo langzaam is. Want: echte piraten laten niemand in de steek, sluiten niemand uit en gaan voor elkaar door het vuur. Of in dit geval misschien beter: door water…? Prentenboek in oblong formaat in de uitgebreide reeks over de sympathieke kip Lotta*. Verhaal met een vrij rechttoe rechtaan opbouw. De prenten zijn paginagroot en lopen door over twee pagina’s. Op de vrolijk ingekleurde lijnillustraties zijn veel lachende dierensnoeten en frisgroen gras te zien. De dieren zijn vrij gestileerd getekend waardoor de prenten nogal vlak ogen. De tekst staat in grote ronde schreefloze letters in de prenten. Lotta’s naam staat steeds in groter en hoekiger lettertype afgebeeld. De kernwoorden zijn per pagina zijn vetgedrukt. Geen bijzonder, maar wel gezellig en bruikbaar verhaal over samen spelen en niemand buitensluiten.
Vier exemplaren

Amy Krouse Rosenthal & David Roberts. Wakker blijven! (De Fontein 2019) slapen
Zolang je dit boek niet uit hebt, hoef je niet naar bed. Maar… als je met je ogen knippert, moet je een bladzijde omslaan. Dus zorg dat je niet knippert! Heel misschien lukt dat als je precies doet wat dit grappige vogeltje zegt. Groot, vierkant, interactief prentenboek met eenvoudige humoristische tekeningen. Vanaf ca. 4 jaar.
Nog voor het titelblad staat een spread met in grote witte letters tegen een gitzwarte achtergrond alleen de tekst: ‘Wakker blijven!’. En dan volgt de instructie bij het verhaal, verteld door een grappig fantasievogeltje: zolang je dit boek niet uit hebt, hoef je niet naar bed. Maar… als je knippert met je ogen, moet je een bladzijde omslaan. En natuurlijk knippert het kind dat voorgelezen wordt wél met zijn/haar ogen en moet steeds een bladzijde omgeslagen worden. Er worden diverse grappige technieken aangeraden om niet met je ogen te knipperen. Uiteindelijk wordt er zo veel met de ogen geknipperd dat pagina 23 direct overgaat naar pagina 46. Bijzonder geslaagd prentenboek waarbij expliciet een interactie tussen voorlezer en kind gevraagd wordt. Veel aandacht is daarbij besteed aan een uitnodigende bladspiegel, waarbij de lettergrootte aangeeft wanneer het voorgelezen kind rechtstreeks wordt aangesproken en welke nadruk de voorlezer moet gebruiken. De illustraties nodigen uit om met het concept van het boek te spelen en menig kind zal dit vaak willen doen. In een aantal illustraties wordt gespeeld met optische illusies. Op het omslag twee grote plastic ogen met hologram effect.

Britta Teckentrup. Het geluid van de Kleine Wolf (Veltman 2019) emoties
Kleine Wolf kan een beetje piepen maar nog niet huilen. Zijn broers en zus plagen hem ermee. Als hij op een dag verdwaalt, lukt huilen ineens wel. Als hij weer thuis is, is de hele familie trots op Kleine Wolf! Prentenboek met collageachtige kleurenillustraties. Vanaf ca. 4 jaar.
Kleine Wolf woont samen met zijn familie hoog in de bergen. Iedereen kan heel goed huilen, zoals een wolf dat hoort te kunnen, maar Kleine Wolf helaas niet. Hij kan alleen maar piepen (en wordt door andere kleine wolfjes spottend ‘piep’ genoemd) en hij voelt zich buitengesloten. Op een dag verdwaalt hij in de sneeuw en als het donker is, wordt hij bang. En dan kan hij opeens wel goed huilen en weet zijn vader hem te vinden. De familie is trots op Kleine Wolf! Aandoenlijk prentenboek met een goede structuur en spanningsopbouw, waarbij de vlot leesbare tekst, geschreven in de verleden tijd, zich goed laat voorlezen. De emoties van Kleine Wolf (verdrietig, teleurgesteld, angstig, blij) worden in het verhaal goed uitgewerkt en zullen voor jonge kinderen heel herkenbaar zijn. De mooie, collageachtige illustraties volgen het verhaal en geven er tegelijkertijd een extra dimensie aan. Dankzij een goed gekozen kleurenpalet wordt de winter met de sneeuw bijna voelbaar. Een mooi vormgegeven prentenboek met een uitnodigend omslag dat zich bij interactief voorlezen goed leent om de gevoelens van Kleine Wolf aan de orde te stellen.
Citaat 591 (maandag 13 mei 2019)
Homepage Citaten 2019
Één reactie op “Het waterschaap: Manfred kijkt naar de vissen, de eenden en de kikkers. Die kunnen het toch ook?”
[…] Het waterschaap: Manfred kijkt naar de vissen, de eenden en de kikkers. Die kunnen het toch ook? […]