Collectioneren
Sinds vorige week neem ik werk over van een collega die het té druk heeft met enkele grote klussen. Dat zal ik tot de zomer blijven doen. Zij was en blijft verantwoordelijk voor een kerntaak van de bibliotheek: een ‘goede’ collectie in stand houden.

Een kerntaak
Collectioneren is meer dan nieuwe boeken aanschaffen en ze in de kasten plaatsen. Collectioneren betekent uiteraard dat je uit het rijke aanbod titels selecteert die opgenomen moeten worden in de collectie van de samenwerkende Noord Oost Brabantse Bibliotheken. In één bibliotheekvestiging, in meerdere, of in alle (eenentwintig). En hoeveel exemplaren.
Vervolgens moeten de geselecteerde titels besteld worden. Daarna komen ze op zeker moment op de catalogusafdeling ‘binnen’ en moeten daar zodanig verwerkt worden dat ze door leden van de bibliotheek geleend kunnen worden.
Ook zal er doorlopend moeten worden afgeschreven. Anders slibben de kasten dicht, of staan er vieze, smerige of beschadigde exemplarenop de planken. Denk ook aan titels die verouderd zijn, dan wel waar geen of amper vraag meer naar is.
In het artikel Is de verbeelding zó gedoofd dat een andere en betere wereld niet meer voorstelbaar is? wordt dit nader uitgelegd.

Wederom collectioneren
Jaren geleden was het voor mij een wekelijkse klus. Pakweg drie tot vijfhonderd titels beoordelen op geschiktheid. Week na week. In die tijd alleen voor bibliotheken in de gemeente Oss. Ik concentreerde me op boeken en andere materialen voor volwassenen. Een collega-jeugdbibliothecaris nam ‘de jeugd’ voor zijn rekening.
Op zeker moment ‘dreef’ ik weg van deze (zeer leuke) klus, en ging andere dingen doen. Nog later kwam een fusie-traject met omliggende bibliotheken op gang. Dat leidde er toe dat meerdere personen, in verschillende gemeenten zich met de collectionering bezig gingen houden. De collega die ik de komende periode ga ontlasten was/is verantwoordelijk voor het hele proces.
Mijn rol is de komende maanden beperkt. Alle collega’s die nu reeds betrokken zijn bij ‘de collectionering’ blijven dat doen. Ik zal op de achtergrond over hun schouder meekijken, en waar nodig voorgenomen bestelsuggesties bijsturen. Ook let ik er op of de Osse bibliotheek niet ‘tekort’ wordt gedaan. Ik doe dit niet als betweter, maar meer om ‘de kwaliteit’ te bewaken.
Dit werk – collectioneren – ligt dicht tegen een tak van bibliotheeksport aan waar ik me de laatste jaren vooral op richt: programmeren.

In de toekomst zullen – wat mij betreft – die twee taken door dezelfde personen worden gedaan. En iedereen die daarbij betrokken is (of wordt) neemt een deel van de collectionering/programmering voor haar (en vooruit, af toe: zijn) rekening.
Onderwerpen waar die persoon ‘iets’ mee heeft, voldoende van af weet en bereid is om daarin te blijven investeren. Dat betekent in de praktijk in je vrije uren boeken lezen, films/documentaires bekijken, blogs volgen, musea bezoeken, voorstellingen en lezingen bijwonen et cetera.
Bibliothecarissen hebben een leuke baan; als je er van houdt je te blijven ontwikkelen. Temidden van een collectie die deels jouw ‘kindje’ is, dan wel wordt. Zonder jouw eigen ‘hobbies’ en voorkeuren uit te leven. Voorkomen moet worden dat je vanuit jouw bubbel té veel naar een bepaalde kant of kleur doorslaat.
Dat is één van de zaken die te maken hebben met het magische woord ‘kwaliteit’.

Kwaliteit
Kwaliteit is natuurlijk een moeilijk begrip. Kwaliteit. Feitelijk kan niemand het uitleggen. En iedereen die het probeert vast te leggen is bij voorbaat verdacht!
Ook ik kan het na jaren ervaring nog steeds niet uitleggen. Het is meer een gevoel welke titels wel én welke juist niet in een collectie van deze omvang (een werkgebied van ruim tweehonderdvijftigduizend inwoners) thuishoren. Natuurlijk maken we daarbij doorlopend ‘fouten’, maar ons streven is er altijd op gericht om ‘de best mogelijke’ collectie in stand te houden en door te geven aan de volgende generatie.
Gelukkig is er bijna altijd een escape; we kunnen bijna altijd een ‘gemiste’ titel nabestellen.
Van wie is ‘onze’ collectie?
Ik geloof sinds kort dat we in Nederland onvermijdelijk een maatschappelijk debat zullen moeten gaan voeren over van wie die collectie is. ‘Van de bieb!’ zou je kunnen zeggen, want formeel schaft de bibliotheek die boeken aan. Maar dat doen we natuurlijk met geld van de gemeenschap én van onze leden.

Helaas neemt om allerlei redenen het aantal leden af, waardoor niet alleen de inkomsten teruglopen, maar het ook steeds moeilijker wordt om te stellen dat die opgebouwde collectie van en voor de gemeenschap is.
Ik vermoed dat we binnen enkele jaren in Nederland afscheid moeten nemen van het idee dat volwassenen voor het lenen van boeken en andere materialen een contributiebedrag per jaar moeten betalen.
Dat bedrag lijkt niet hoog (rond de veertig euro), maar ik weet dat dit voor veel burgers een té hoog bedrag is. En daarom een drempel vormt. Een drempel die naar het zich laat aanzien de komende jaren alleen maar zal (moeten) stijgen, om het wegvallen van contributie betalende leden te compenseren. Waardoor een spiraal naar beneden wordt ingezet.
Laten we als samenleving tot de conclusie komen dat gemeenschappen jaarlijks veel geld in hun lokale bibliotheek stoppen. Op hoofdlijnen voor vier dingen: gebouw, personeel, collectie en activiteiten.
Wordt het geen tijd dat we financiële drempels weghalen, zodat álle burgers van een stad, dorp of regio ‘gratis’ gebruik kunnen maken van het aanbod. Vanaf dat moment zou elke burger met zijn of haar ID-kaart zomaar boeken en andere materialen kunnen lenen, en waar nodig tegen bijbetaling deelnemen aan een van de talloze door ons georganiseerde activiteiten.
Dit sluit helaas ook aan bij een andere, zeer verontrustende trend. Ik zie boekhandels om- en wegvallen. Lokaal nemen boekhandelaren minder titels op voorraad. Waardoor nog meer mensen thuis achter een schermpje hun boeken gaan bestellen. Ik voorzie dat binnen niet al te lange tijd ‘de bieb’ een van de weinige plekken zal zijn waar boekliefhebbers kunnen binnenvallen om te kijken wat voor hen interessant kan zijn. Mits – uiteraard – die lokale gemeenschap daarvan het belang in blijft zien.

Dream on! Alhoewel, er valt ook iets voor te zeggen als je de cijfers tot je neemt over ontlezing, ongeletterdheid, fake news et cetera. De bieb(collectie) wordt van ons allen! Belangrijk dat iedereen er gebruik van kan maken.
Ondertussen blijven we natuurlijk onze collectie onderhouden. En daarin speel ik de komende maanden weer een rol. Een mooie kans om bepaalde ontwikkelingen tegen het licht te houden én te betrekken op de collectie. En de kwaliteit daarvan.

Bladzijden om te eten
Afgelopen zaterdag presenteerden vier journalisten van NRC Handelsblad ‘de vijftig lekkerste kookboeken’ van de laatste twaalf maanden (oktober 2018-oktober 2019). Uit maar liefst 576 titels kozen ze vijftig boeken onder de noemer Bladzijden om te eten. Veel bladzijden, ruim veertienduizend pagina’s. Met een gemiddelde prijs van €28,50.
Die samenstellers hebben volgens mij best een goede kijk op kookboeken. Sinds enige jaren wordt de kookrubriek van de NRC gevuld met recepten uit kookboeken. Wekelijks staat één boek centraal, van maandag tot vrijdag.
Ik vermoed dat Hassnae Bouazza, Joël Broekaert, Martine Kamsma en Janneke Vreugdenhil door uitgevers bestookt worden met nieuwe titels. Een zee aan boeken, die ze doorbladeren. Wikken en wegen. En wekelijks wordt er eentje op het schild gehesen. Waardoor het een zetje in de rug krijgt en de lezers van de NRC verrassende recepten krijgen voorgeschoteld; en lekker gemaakt worden om een bepaald kookboek te gaan kopen. Een prima formule. Die aan het begin van de feest- en koopmaand leidt tot een overzichtsartikel. Vijftig boeken, ondergebracht in tien rubrieken. De helft is geschreven door Nederlandse auteurs.
Bladzijden om te eten.
Dit artikel is een prima manier om na te gaan hoe onze collectie er voor staat; hoe onze collectioneurs het hebben gedaan. Die hebben – vermoed ik – een achterstand ten opzichte van die vier: zij nemen hun beslissing op basis van een papieren recensie. Beter: een beschrijving over wat voor soort boek het is; voor welke doelgroep. Of de receptuur accuraat is e.d. Ze kunnen de boeken niet lekker even doorbladeren. Wél als ze af en toe een boekhandel binnenlopen en privé geïnteresseerd zijn in kookboeken. Dat kunnen we echter niet van onze collectioneurs eisen.
Maar ik kan me wel een toekomst voorstellen waarin er binnen de samenwerkende Noord Oost Brabantse Bibliotheken twee collectioneurs zijn die de hele rubriek kookboeken, afvallen en gezond leven ‘bestieren’. Van hun kunnen we als organisatie wél verlangen dat ze regelmatig een boekhandel binnenlopen om sfeer op te snuiven. Ook om rondom dit brede onderwerp uiteenlopende activiteiten voor en met de lokale gemeenschap te gaan organiseren. En zij zijn natuurlijk alert op lijstjes zoals deze uit de NRC. Het zijn namelijk een soort examens, waaraan je jezelf kunt onderwerpen. “Hoe komen we er vanaf?”

Een zesje
Het antwoord is volgens mij een 6-. Als je alleen kijkt naar het percentage dat we scoren. Van de vijftig geselecteerde titels zit de helft in onze collectie. Enkele worden binnenkort alsnog besteld. Maar de rest ontbreekt op dit moment. Een deel daarvan is té nieuw, en nog niet aangeboden aan de Nederlandse bibliotheeksector.
Twintig titels zijn wel aangeboden, maar daar hebben we vanaf gezien. De belangrijkste reden daarvoor lijkt me dat we al andere titels over dit of dat onderwerp hadden; en het kortom niet zo veel meer toevoegt. Het kan ook te maken hebben met de teneur van de recensie. Dat is natuurlijk ook maar een mening van een (andere) deskundige.
Op dit moment zitten trouwens circa 2.500 titels in onze collectie.
Een zesje is trouwens helemaal niet zo slecht. Ik weet, zonder dat exact na te zoeken, dat mijn collega’s andere titels hebben geselecteerd over bepaalde onderwerpen.
Vaak doet het er ook niet zo veel toe; het ene Italiaanse kookboek lijkt in de praktijk veel op een ander. Overal komt je tiramisu tegen; en op het net staan tientallen recepten.
Ik zou me meer zorgen maken als alle vijftig kookboeken wel waren aangeschaft. Dat zou te veel op hobbies uitoefenen lijken!

128 boeken
Wekelijks worden honderden titels aan de collectie toegevoegd. Die worden uiteraard allemaal opgenomen in de (web)catalogus. Iedereen kan daarin gaan zoeken: leden en niet-leden.
Ook kan iedereen nagaan welke titels in een bepaalde rubriek de laatste maanden zijn aangeschaft en toegevoegd aan de catalogus. Die lijst bevat een opsomming van nieuwe titels én herdrukken. Wekelijks worden herdrukken aangeschaft. Om oude, vieze en/of verouderde exemplaren te vervangen. Of om extra exemplaren van titels die veelvuldig gereserveerd worden aan de collectie toe te voegen.
Die collectie is – voor alle duidelijkheid – voor alle leden van de samenwerkende Noord Oost Brabantse Bibliotheken bedoeld. Indien nodig wordt een gereserveerd exemplaar dat in Sint-Oedenrode in de kasten staat per vervoersdienst naar de bibliotheek in Volkel vervoerd; en na lening teruggebracht.
Deze boeken zijn trouwens ook beschikbaar voor een lener/lid uit Stadskanaal.
Ik heb een steekproef gedaan voor de rubriek kookboeken, én boeken over het volgen van een dieet en gezond leven. Dat is breder dan die van de vier NRC-dames. Die lijst bevat alle titels die van 21 juni tot 7 oktober 2019 aan de collectie zijn toegevoegd. In drie maanden 128 titels. Het gaat om meer exemplaren, want regelmatig worden van een bepaalde titel meerdere exemplaren aangeschaft. Het recentste voorbeeld is Simpel van Yotam Ottolenghi (6 exemplaren, waarvan er op dit moment vijf zijn uitgeleend).
Die 128 titels heb ik in dezelfde rubrieken als de NRC ondergebracht; aangevuld met één nieuwe rubriek, nl. dieetkookboeken en informatie over voeding.
Rubriek | NOBB | NRC | NOBB | |||
Andere landen | 8 | 6 | 2 | |||
Bakken | 10 | 5 | 2 | |||
Chefs | 8 | 5 | 4 | |||
Dieet/Voeding | 29 | 29 | ||||
Eén ding | 12 | 5 | 1 | |||
Groente | 8 | 6 | 4 | |||
Mediterraan | 7 | 5 | 2 | |||
Simpel | 16 | 6 | 3 | |||
Specials | 15 | 3 | 1 | |||
Vegan | 10 | 5 | 2 | |||
Vuur en vlees | 5 | 4 | 2 | |||
128 | 50 | 23 |

Toelichting
Onder Eén ding vallen alle kookboeken waarin één ingrediënt centraal staat, bijvoorbeeld Geit : bereiden en eten van James Whetlor. Vuur en vlees slaat op bereidingswijzen van vlees én barbecueën.
Ik heb het aantal bladzijden van de NRC-boeken opgeteld – 14.584 : 50 = 291 pagina’s. Alle vijftig boeken samen kosten €1422,– : 50 = €28,44. Kookboeken zijn relatief duur. In Hollandse guldens gemiddeld ƒ63,–. Het duurste boek is Kookbijbel : het ene recept leidt naar het andere van Niki Segnit kost €45,– en is aanwezig in onze collectie.
Het beste kookboek van dit jaar (het Gouden kookboek) zit toevallig deze week in het aanbod en wordt natuurlijk aangeschaft: Indocrock van Vanja van der Leeden.
Pijnlijk is wel dat de vier andere kandidaten in de collectie ontbreken. Twee daarvan zijn – als verontschuldiging – nog niet aan de Nederlandse bibliotheeksector aangeboden. Wellicht wordt op zeker moment Eten met Nijntje van Dick Bruna en Samuel Levi & Najat van (chef) Najat Kaanache alsnog aan de collectie toegevoegd. Twee andere (Bouillon! van Jean Beddington & Brits bakboek van Regula Ysewijn) hebben we niet genomen; maar dat zullen we alsnog doen.
Kwaliteit, nogmaals
In de inleiding omschrijft Martine Kamsma wat de ‘jury’ onder kwaliteit verstaat.
Een goed kookboek ziet er smakelijk uit, biedt iets nieuws en heeft een piekfijne receptuur.
Amen.
En de kop van het artikel is natuurlijk bullseye:
Alles begint met zin in eten en koken.
Begin er vroeg mee.

Citaat 620 (woensdag 13 november 2019) two years!
Homepage Citaten 2019