Krijg een beeld van Een kleine geschiedenis van bijna alles van Bill Bryson door de beginzinnen van alle 30 hoofdstukken. Er zijn twee Nederlandstalige edities.

Recensie voor de Nederlandse Openbare Bibliotheken
Bryson neemt de lezer mee op een zoektocht door enkele eeuwen van wetenschappelijke ontwikkelingen: de samenstelling van het heelal, de opvattingen van geleerden als Einstein en Darwin en het leven op deze planeet. De verwondering van de auteur, zelf een niet-wetenschapper, geeft de lezer het prettige gevoel niet de enige te zijn die het allemaal niet écht kan bevatten. Het meeslepende boek is in een verhalende stijl geschreven, helder en spannend; het bevat veel anekdotes die voor een luchtige toets zorgen. Zonder formules en berekeningen.
Het is niet eenvoudig een organisme te zijn.
Inleiding |
Welkom. En mijn gelukwensen. Ik ben heel blij dat het je is gelukt. Het was niet makkelijk hier te komen. Eigenlijk denk ik dat het nog moeilijker was dan je denkt. (eigenlijk 5 zinnen) |
1 – Hoe bouw je een heelal |
Ook al doe je nog zo je best, je zult nooit begrijpen hoe klein een proton is en weinig ruimte het inneemt. |
2 – Welkom in het zonnestelsel |
Sterrenkundigen zijn tegenwoordig in staat tot verbazingwekkende dingen. |
3 – Het heelal van de eerwaarde heer Evans |
Als de hemel wolkeloos is en de maan niet te helder, sleept de eerwaarde heer Robert Evans, een rustig en opgewekt mens, een lijvige telescoop naar de veranda achter zijn huis in de Blue Mountains van Australië, zo’n 80 kilometer ten westen van Sydney, en doet iets heel bijzonders. |
4 – De maat der dingen |
Als je de onbehaaglijkste wetenschappelijke expeditie ooit moest uitkiezen, zou je er niet ver naast zitten met de expeditie naar Peru in 1735 van de Franse Koninklijke Academie van Wetenschappen. |
5 – De steenbrekers |
In dezelfde tijd dat Henry Cavendish in Londen zijn experimenten voltooide, zou er zeshonderd kilometer verderop in Edinburgh een ander soort afrondend moment plaatsvinden met de dood van James Hutton. |
6 – Een wetenschappelijke strijd met klauw en tand |
In 1787 vond iemand in New Jersey – wie precies lijkt nu vergeten – een reusachtig dijbeen dat uit een rivieroever stak op een plek die Woodbury Creek wordt genoemd. |
7 – Elementaire materie |
Er wordt vaak beweerd dat de scheikunde in 1661 een serieuze en gerespecteerde wetenschap werd toen Robert Boyle uit Oxford The Sceptical Chymist publiceerde – het eerste werk dat onderscheid maakte tussen chemie en alchemie – maar het was een trage en dikwijls grillige overgang. |
8 – Einsteins universum |
Toen de negentiende eeuw haar einde naderde, konden wetenschappers met tevredenheid vaststellen dat ze de meeste raadsels van de fysieke wereld hadden achterhaald: elektriciteit, magnetisme, gassen, optica, acoustica, dynamica en statistische mechanica, om er maar een paar te noemen, waren stuk voor stuk voor hen op hun plaats gevallen. |
9 –Het machtige atoom |
Terwijl Einstein en Hubble met succes de grootschalige structuur van de kosmos ontwarden, probeerden anderen iets te begrijpen dat dichtbij lag, maar op zijn manier net zo veraf: het piepkleine en altijd raadselachtige atoom. |
10 – Weg met het lood |
Aan het eind van de jaren veertig gebruikte een doctoraalstudent aan de universiteit van Chicago, Clair Patterson (die niettegenstaande zijn voornaam een boerenzoon uit Iowa was) een methode om door metingen aan de hand van loodisotopen te proberen eindelijk de definitieve ouderdom van de aarde te bepalen. |
11 – Quarks voor muster Mark |
In 1911 bestudeerde de Engelse wetenschapper C.T.R. Wilson wolkenformaties door regelmatig moeizaam naar de top van Ben Nevis, een welbekende in nevelen gehulde Schotse berg, te lopen, toen het bij hem opkwam dat er een makkelijker manier moest zijn om wolken te bestuderen. |
12 – De aarde beweegt |
Een van de laatste dingen die Albert Einstein voor zijn dood in 1955 beroepshalve deed, was het schrijven van een kort maar enthousiast voorwoord bij een boek van de geoloog Charles Hapgood dat Earth’s Shifting Crust : a key to some basic problems of Earth science was getiteld. |
13 – Bang! |
Men wist allang at er iets eigenaardigs was met de aarde onder Manson, Iowa. |
14 – Het vuur aan onze voeten |
In de zomer van 1971 verkende de jonge geoloog Mike Voorhies grasrijke landbouwgrond in het oosten van Nebraska, niet ver van het stadje Ochard waar hij was opgegroeid. |
15 – Gevaarlijke schoonheid |
In de jaren zestig, terwijl hij de vulkanische geschiedenis van het Yellowstone National park bestudeerde, piekerde Bob Christiansen van de United States Geological Survey over iets dat vreemd genoeg nog niet eerder iemand had verontrust: hij kon de vulkaan van het park niet vinden. |
16 – De eenzame planeet |
Het is niet eenvoudig een organisme te zijn. |
17 – In de troposfeer |
Laten we dankbaar zijn voor de atmosfeer. |
18 – De gesprongen hoofdleiding |
Stel je voor dat je in een wereld leeft die gedomineerd wordt door diawaterstofoxide, een chemische verbinding die smaakloos en geurloos is en zo veranderlijk van eigenschappen dat ze over het algemeen heilzaam is, maar op andere momenten al gauw dodelijk. |
19 – Het ontstaan van het leven |
In 1953 nam Stanley Miller, een doctoraalstudent aan de universiteit van Chicago, twee flessen – waarvan er een wat water bevatte, dat oerzee moest voorstellen, de ander een gasmengsel van methaan, ammoniak en waterstofsulfide dat de vroegere atmosfeer van de aarde moest voorstellen – verbond ze met rubberslangen, waarna hij een paar elektrische vonken inbracht als vervanging voor bliksem. |
20 – Een kleine wereld |
Het is waarschijnlijk geen goed idee te veel persoonlijke belangstelling in je microben te stellen. |
21 – Het leven gaat verder |
Het is niet gemakkelijk een fossiel te worden. |
22 – Vaarwel aan dat alles |
Als je het vanuit een menselijk perspectief beziet, en we kunnen nu eenmaal niet anders, is het leven iets raars. |
23 – De rijkdom van het bestaan |
Hier en daar in het Natural History Museum in Londen bevinden zich in nissen aan de matig verlichte gangen of tussen twee vitrines met mineralen, struisvogeleieren en andere gedurende een eeuw of zo bijeengebrachte voortbrengselen geheime deuren, althans in die zin geheim dat niets aan hen de aandacht van de bezoeker trekt. |
24 – Cellen |
Het begint met een enkele cel. |
25 – Darwins unieke idee |
In de late zomer of vroege herfst van 1859 ontving Whitwell Elwin, een redacteur van het gerespecteerde tijdschrift de Quarterly Review, een voorpublicatie van een nieuw boek van de natuuronderzoeker Charles Darwin. |
26 – De essentie van het leven |
Als je beide ouders zich niet op dat ene moment hadden verenigd – misschien tot op de seconde, misschien tot op de nanoseconde, zou je er niet zijn. |
27 – De IJstijd |
In 1815 brak op het eiland Sumbawa in Indonesië op spectaculaire wijze de fraaie en sinds lang slapende vulkaan Tambora uit, waarbij door de uitbarsting en de daaropvolgende vloedgolf zo’n honderdduizend mensen omkwamen. |
28 –De raadselachtige tegenvoeter |
Vlak voor Kerstmis 1887 arriveerde op Sumatra, Nederlands-Indië, een jonge Hollandse arts met een on-Hollandse naam, Marie Eugène Francois Thomas Dubois, met het voornemen de fossiele overblijfselen van de eerste mens op aarde te vinden |
29 – De rusteloze aap |
Ongeveer anderhalf miljoen jaar geleden deed een vergeten genie uit de wereld van de hominiden iets onverwachts. |
30 – Tot ziens |
In het begin van de jaren tachtig van de zeventiende eeuw, om precies te zijn in de tijd dat Edmond Halley en zijn vrienden Christopher Wren en Robert Hooke een Londens koffiehuis betraden en zich zonder vooropgezette bedoeling waagden aan een weddenschap die tenslotte zou leiden tot Isaac Newtons Principia, dat Henry Cavendish de aarde woog, en van nog veel meer van die geïnspireerde en prijzenswaardige ondernemingen die ons in de voorgaande vierhonderd bladzijden hebben beziggehouden, werd er op het eiland Mauritius, ergens in de Indische Oceaan op zo’n 1300 kilometer van Madagaskar, een andere mijlpaal bereikt. |
Homepage Beginzinnen
(donderdag 27 maart 2008)