Categorieën
Boeken Citaten Filosofie Maatschappij Oefenen voor een andere tijd

Waarom lezen en schrijven – voor een helder, evenwichtig, eerlijk leven

Tijdens de Maand van de Filosofie organiseerde het Filosofie Magazine op vrijdag 18 april 2014 de zogenaamde G8 in de Beurs van Berlage in Amsterdam. Geafficheerd als: “Acht grote denkers spreken tijdens deze avond over de grote problemen van deze tijd”. In de praktijk viel het ietwat tegen: Peter Sloterdijk (de bekendste van het stel) was ziek, zijn beoogd interviewer (René Gude) ook en zijn vrouw wist ook niet zo goed hoe deze enigzins duister sprekende filosoof aan het praten te krijgen. Gelukkig waren er die avond andere sprekers, die wel een goede indruk achterlieten. ‘Echte’ filosofen en andere schrijvers.  Aangezien er tijdens zo’n manifestatie tegelijkertijd op verschillende plekken in het pand wordt gesproken is het onmogelijk alles mee te pikken. Keuzes maken. Zo mis je een zekere Damon Young. De jongste van het achttal aangekondigde ‘grote denkers’. Jammer, want het boek dat begin dit jaar van hem verscheen is alleraardigst. 


In dat boek (Filosoferen in de tuin) portretteert hij elf schrijvers, denkers. En hoe die zich verhouden tot tuinieren. Of beter gezegd hoe zij omgaan met de natuur, planten, de tuin. Hoe zij er tegenaan kijken. Wat zij er ‘mee hebben’. Een ding is zeker: Damon Young kan goed schrijven. Zet allen kort en bondig neer. Waardoor je na lezing (a) een beter zicht hebt op de geportretteerde persoon, (b) een beeld hebt gekregen van hun werk, denken en leven én (c) zin krijgt om je meer in die persoon te gaan verdiepen. 

Elf personen
Voltaire, Friedrich Nietzsche, Jane Austen, Marcel Proust, Leonard Woolf, Colette, Jean-Jacques Rousseau, George Orwell, Emily Dickinson, Nikos Kazantzakis en Jean-Paul Sartre. Een mix van filosofen en schrijvers. 

Leonard Woolf
Deze schrijver en uitgever was de echtgenoot van Virginia Woolf. Die komt uiteraard in zijn artikel aan de orde, maar het gaat toch vooral over Leonard Woolf. Die erg oud is geworden én tot op hoge leeftijd bleef tuinieren. Bezeten om van zijn tuinen iets te maken. Uit dit artikel (Leonard Woolf: de appels van Monk’s House) enkele citaten:

In een strenge, snijdende winter in Sussex snoeide een pezige man appelbomen en bond pruimen tegen de muur op. Hij droeg twee paar sokken, handschoenen en twee jassen over elkaar, maar het mocht niet baten – de kou verkleumde hem tot op het bot. Met het naderen van de middelbare leeftijd voelde hij de kou steeds meer. En die januaridagen waren, zoals zijn vrouw zei, ‘als bevroren water, door de wind tot atomen van ijs tegen je wangen geplooid’.

Maar Leonard Woolf ging door. Sinds hij en Virginia Monk’s House op een veiling hadden gekocht, iets meer dan zes maanden geleden eerder, had hij als een gretige schooljongen gewerkt. 

() Kennelijk tot haar eigen verrassing had Virginia Woolf plezier in tuinieren. Ze had gedacht dat wandelen haar belangrijkste ontspanning zou zijn: door de omgeving van Rodmell als de dagen warmer waren en door het beschutte gras als de genadeloze winden begonnen. Ze was, zo meende ze in haar dagboeken, meer dan een zwerver, een toeschouwer, dan een vormgever. Tijdens haar wandelingen vond ze het ‘ruwe materiaal’ voor haar romans.

() Maar een jaar later was Virginia Woolf vooral met de tuin zelf ingenomen. De narcissen straalden, krokussen ontsproten aan hun bol en de amandelen droegen bloesem.

() In de vijftig jaar daarna was het echter Leonard die niet weg te slaan was van gras, bloemen, groenten en fruitbomen. 

() Uit haar brieven komt Leonard naar voren als een onstuitbare, raadselachtige heilige van de snoeischaar – zelfs in het vreselijkste weer of onder de pijnlijkste persoonlijke omstandigheden.

() Bijna twintig jaar nadat ze Monk’s House hadden gekocht, raakte Leonard Virginia kwijt aan haar laatste aanval van waanzin en de zelfmoord die erop volgde. De laatste woorden in haar dagboek dateren van 24 maart 1941: ‘L. doet de rododendrons’.

() Voor Woolf was de tuin ook een plek om mensen te ontvluchten – ‘stuitende domheid en onbarmhartigheid’, zoals hij het in Beginning Again formuleerde. ‘Voor enkele momenten slaag je erin om je onttrekken aan de wereld van je medemens,’ schreef hij in Growing, ‘iets wat ik altijd met een zucht van verlichting doe.’

Maar Woolf deed meer in de tuin van Monk’s House dan gewoon doorgaan met leven of de valkuilen van de samenleving vermijden. Zijn overgave aan zijn tuin was een filosofisch engagement. Specifieker geformuleerd: hij ging er de confrontatie aan met de onderliggende conflicten in de wereld en in zichzelf. In al zijn geschriften bestaat er een spanning tussen orde en wanorde, die zich in diverse vormen manifesteert: wetten versus anarchie, rationeel denken versus irrationeel geloof, vrede versus geweld, geestelijke gezondheid versus waanzin. Leonard leek in alle gevallen aan de kant van het eerste te staan. Zijn hele lange leven hield hij vast aan zijn visie op veiligheid, rede, exactheid, rechtvaardigheid en psychologisch evenwicht – hoe wankel dat ook was. 

() Woolf liet Virginia cremeren en begroef haar as in het grote gazon aan de voet van een iep – een van de twee die ze Leonard en Virginia hadden genoemd. Bij elke stap op dat gras en elke keer als hij het vertrouwde ruisen van de iep hoorde, moet Woolf zich pijnlijk bewust van zijn verlies zijn geweest. 


De slotalinea
() En daarom trok Leonard Woolf, schrijver van middelbare leeftijd, twee paar sokken aan en snoeide appels in de ijskoude januarimaand in Sussex. De tuin was zijn persoonlijke strijd met een verscheurde, maar geliefde kosmos. De tuin zou niet blijven, net zomin als hij. Maar het was de moeite waard om door te gaan, om precies dezelfde reden waarom het de moeite waard was om boeken te lezen en schrijven: voor een helder, evenwichtig, eerlijk leven. Met zijn vieze handen en verkleumde botten ging Leonard de confrontatie aan met de fundamentele ambivalentie van het leven – appelboom na appelboom.

Meer lezen, bekijken?

# – The hours (film van Stephen Daldry met – romantische – muziek van Philip Glass)
Hans Kennepohl. We zijn nog nooit zo romantisch geweest (2014)
Virginia Woolf. Mrs. Dalloway (1925), Schrijversdagboek deel 1 en Schrijversdagboek deel 2 Michael Cunningham. De uren (1999)
Albert Camus. De mythe van Sisyfus : een essay over het absurde (1942)
Rindert Kromhout. April is de wreedste maand (2013) (roman)
Alicja Gescinska. De verovering van de vrijheid : van luie mensen, de dingen die voorbijgaan (2011)

Website Monk’s House    

De (bijna wegbezuinigde) omroep Human heeft tijdens de G8 opnames gemaakt.
Delen van de lezing van Damon Young zijn opgenomen in een aflevering van de tv-serie Dus ik ben van Stine Jensen. Hij noemt daar tuinieren als een manier om ‘bij jezelf te komen’. 

Citaat 156 (zondag 10 augustus 2014)
Homepage Citaten 2014

Door Hans van Duijnhoven

Bibliothecaris sinds september 1979. Werkzaam in de regio Noord Oost Brabant.

Geef een reactie

%d bloggers liken dit: