Vrijdag 20 januari 2017
De tijd zal leren hoe op vrijdag 20 januari 2017 zal worden teruggekeken; de dag dat Donald Trump ingezworen wordt als president van de Verenigde Staten.

Zeker is dat velen daarover gemengde gevoelens hebben. Zich grote zorgen maken over hoe hij zal gaan functioneren. Zich in wanhoop afvragen waarom zoveel Amerikanen de hoop van zichzelf en hun land in de handen hebben gelegd van een warhoofd. Voor hem stemden. Dít signaal afgaven. Wanhoop? Cynisme? Boosheid? Een gokje? Omdat hun gevoel dat ingaf?
Contrast met 2009
Heel anders was dinsdag 20 januari 2009, de dag waarop Barack Obama ingezworen werd als de 44e preseident van de Verenigde Staten van Amerika. In die tijd ging er een golf van verwachting en hoop door de wereld. Hij heeft veel minder tot stand kunnen brengen als gehoopt werd, maar elk weldenkend mens is het er wel over eens dat hij een keurige, galante man was. Die het altijd over ‘de zaak’ had en amper over zichzelf. Die mensen met zijn woorden wist te begeesteren. En dat hij ondanks zware tegenwerking toch een aantal belangrijke schakels om heeft kunnen zetten. Dat de nieuwe president waarschijnlijk veel van die maatregelen terug zal draaien, doet niets aan zijn prestaties af.
Hoe kon dit gebeuren?
Veel burgers en deskundigen vragen zich af ‘hoe het zover heeft kunnen komen’. Waarom zo velen voor Donald Trump kozen. Overduidelijk vaak tegen hun eigen belang in een miljardair op het schild hesen. Een man die waarschijnlijk alleen voor zichzelf en zijn eigen kaste zal opkomen. ‘De’ problemen niet zal oplossen, eerder vergroten. Een grillige man op een belangrijke plek. Lastig in een zeer complexe wereld, waarin zo veel zaken heel anders geregeld moeten gaan worden.
Een oude column
In januari 2009 schreef Louise Fresco voor de NRC een column die hiermee samenhangt. Een redelijk profetische column. Tendensen die ze toen al signaleerde zijn de laatste acht jaar alleen maar sterker geworden. Sterker: verklaren waarom in zoveel andere landen hetzelfde gebeurt, kan gebeuren. Volstrekt incapabele mensen aan de macht komen, die met eenvoudige voorstellen komen om ‘alles’ op te gaan lossen. Die column heb ik in die tijd opgenomen in een soort ‘dossier’, onder de titel Ignorance is the enemy. Onwetendheid is de vijand.
Op deze plek worden citaten verzameld uit kranten en tijdschriften die over onwetendheid gaan. Onwetendheid die alom aanwezig is in een tijdsgewricht waarin veel mensen zich laten leiden door hun gevoel, op zoek zijn naar simpele oplossingen en hunkeren naar een leven vol fun en plat consumeren. Onwetendheid die (maatschappelijke) problemen eerder verergert dan oplost. Onwetendheid die knaagt aan onze samenleving.
De oorlog tegen onwetendheid – Louise Fresco (20-1-2009)
Onwetendheid bestaat uit onschuldig onbegrip en moedwillige onwetendheid. Het eerste is het gevolg van een gebrek aan opleiding of basiskennis, waardoor het onmogelijk is zich een mening te vormen over complexe vragen zoals klimaatverandering of het ontstaan van kanker. Wie geheel of gedeeltelijk ongeletterd is, heeft geen onafhankelijke referentie, en kan niet anders dan de eerste beste mening geloven. Het internet en vooral de televisie stimuleren vooroordelen door naar hartenlust halve waarheden en hele onwaarheden te propageren – of het nu moderne kruidenvrouwtjes of de ‘middeleeuwse’ islam betreft.

() Maar het is de moedwillige onwetendheid, de geestelijke luiheid van mensen die zich beter zouden kunnen en moeten informeren, die mij beangstigt. Het spook van de irrationaliteit waart door de wereld. Ook mensen met een voortgezette opleiding blijken een hang naar het exotische niet-rationele te hebben. Je weet maar nooit, is de redenering, misschien zit er toch wel ‘iets’ in magnetische armbanden of sterrenbeelden. Dus past het om niet in toeval te ‘geloven’, want het heeft vast een diepere betekenis als twee dingen tegelijkertijd plaatsvinden, en alles heeft zin als je er maar oprecht naar zoekt, enzovoorts. De volgende stap is om wetenschappelijke kennis te relativeren en te wantrouwen. Dergelijke onwetendheid is niet alleen een kwestie van gebrek aan inzicht in techniek, ordes van grootte of simpele kansberekening, maar zeker ook een afwezigheid van de geesteswetenschap, van begrip van geschiedenis, kunst en staatsvormen, markt en schaarste. Weten welke grote vragen iedere samenleving weer opnieuw onder ogen heeft moeten zien, biedt perspectief en relativering.
Bewuste onwetendheid bestaat in alle geledingen. Politici beslissen graag zonder te wachten op een gedegen analyse. De fouten die zijn gemaakt rondom de overhaaste beslissing tot verplichte bijmenging van biobrandstoffen zijn daarvan een voorbeeld, net als het langdurige moratorium op genetisch gemodificeerde gewassen in Europa. Of het opnieuw doen van onderzoek over de relatie tussen hoogspanningsleidingen en leukemie, omdat de bevolking het gevoel heeft dat er toch een relatie moet zijn, ook al is al keer op keer aangetoond dat dat niet zo is.
Dat burgers hun heil blijven zoeken bij horoscopen en andere door de Vereniging tegen de Kwakzalverij ernstig afgeraden vormen van bijgeloof, is één ding. Maar zorgwekkend wordt het als de politiek toegeeflijk wordt tegenover gevoelens in die gevallen waarin overtuigend bewijs van het tegendeel voorhanden is. Daarmee wordt onwetendheid als legitieme attitude alleen maar bevestigd. Natuurlijk doen onderzoekers, onder druk van de hang naar publiciteit en fondsen, daar van harte aan mee door met ieder klein feit naar buiten te komen, alsof het een definitief oordeel betreft. Het gaat mij ook niet om de tegenstelling tussen wetenschap en samenleving, maar om het bestrijden van tendensen die onwetendheid in stand houden.

Paradoxaal genoeg zijn het de landen die het meest geprofiteerd hebben van wetenschappelijke kennis die er nu het meest ambivalent tegenover staan. Dat geldt voor de Verenigde Staten, het land dat nog steeds de beste universiteiten en onderzoekers herbergt. Nog paradoxaler, het zijn juist de hoogst opgeleide klassen die de grootste argwaan lijken te hebben. In California, bakermat van nieuwe technologie, kun je mensen tegenkomen die denken dat kunstmest gif is. Dit staat in schril contrast met de opkomende grote economieën, zoals China, India en Brazilië, waar wetenschappelijke kennis een veel stabielere status heeft. Daar is nauwelijks sprake van de merkwaardige inconsistentie dat mensen enerzijds hun voordeel doen met moderne technologie en terug willen naar een geromantiseerd pretechnologisch verleden. Kennis is daar een vanzelfsprekende voorwaarde voor economische vooruitgang en vormt er geen tegenstelling mee.
Medium
Dit digitale platform bestond in 2009 nog niet. Twitter wel, maar had nog niet de impact die het nu heeft. Hetzelfde geldt natuurlijk ook voor Facebook. Op Medium worden sinds 2012 door uiteenlopende schrijvers artikelen geplaatst. Gratis. Over de meest uiteenlopende zaken. Vaak goed geschreven; meestal niet al té lang. Via Twitter kun je als volger op de hoogte blijven van nieuwe artikelen.
Het is ONMOGELIJK om alles te lezen. Dat is ook niet nodig. Browsen, dat is de enige manier om in onze media-oceaan te overleven. Pik af en toe een artikel mee. En schaam je niet dat je veel mist. Vanochtend werd ik via Pocket (een ander platform waar content naar voren wordt gehaald) attent gemaakt op een ouder artikel; dat over Trump gaat, zonder dat die naam valt.
Het artikel van ene David Hopkins gaat over een bekende televisieserie: Friends. Een Amerikaanse sitcom die van 1994 tot 2004 is uitgezonden en ook in Nederland veel kijkers trok. Een dierbare serie. Waar velen plezier aan beleefden; veel om gelachten kon worden. Ook in de serie zelf.
Het is een typisch voorbeeld van een serie met een (zogenaamde) live audience. Die voor jou – kijker – bepaalt wanneer ‘het’ leuk is. Er gelachen mag, ja moet worden. De auteur van het artikel is een Engelse hoogleraar die nadenkt over onderwijs; David Hopkins is zijn naam.
Het artikel werd op 22 maart 2016 op Medium geplaatst. How a TV Sitcom triggered the downfall of western civilization. Leestijd: zes minuten.

Hoe een TV Sitcom leidde tot de ondergang van de westerse beschaving
Hij geeft in het begin van het stuk toe dat hij samen met zijn vrouw aan binge-watching heeft gedaan: in een relatief korte tijd veel afleveringen van een bepaalde tv-serie heeft bekeken. Friends, dus. Maar… hij vond het niet leuk. Sterker: hij ergerde zich er aan. In deze serie – die ikzelf niet heb gezien – komt ene Ross Geller voor, gespeeld door Courteney Cox.
Geller is een typische intellectueel; een kleurrijk man. Heeft neurotische trekken. Is drie keer gescheiden.
In Wikipedia wordt hij als volgt ‘samengevat’: Ross is een van de kleurrijkste karakters in de serie. Mede door zijn scheidingen en relaties, maar ook door zijn gedrevenheid om altijd het beste te doen voor zowel zijn werk als zijn relaties. Ross is op een bepaalde manier aandoenlijk en zijn rol roept compassie op bij de kijkers. Ook noemt 46% van de Amerikaanse kijkers hem, naar onderzoek van NBC, de mooiste mannelijke acteur uit Friends.
David Hopkins trekt een andere conclusie:
You may see it as a comedy, but I cannot laugh with you. To me, Friends signals a harsh embrace of anti-intellectualism in America, where a gifted and intelligent man is persecuted by his idiot compatriots.

U mag het als een komedie zien, maar ik kan er niet om lachen. Voor mij, laat Friends de ruwe omhelzing van anti-intellectualisme in Amerika zien, waar een begaafde en intelligente man vervolgd wordt door zijn idiote landgenoten.
In fact, any time Ross would say anything about his interests, his studies, his ideas, whenever he was mid-sentence, one of his “friends” was sure to groan and say how boring Ross was, how stupid it is to be smart, and that nobody cares. Cue the laughter of the live studio audience. This gag went on, pretty much every episode, for 10 seasons. Can you blame Ross for going crazy?
Telkens als Ross iets over zijn interesses wil zeggen, zijn ideeën, altijd als hij midden in een zin zit, begint een van zijn ‘vrienden’ te grommen en zegt hoe SAAAAAAAAAAAAAAI Ross wel niet is. Hoe stom het is om slim te zijn, en dat het niemand (iets) interesseert wat hij denkt, doet. Waarop het gelach van het (zogenaamde) publiek volgt. Deze grap ging maar door, praktisch in elke aflevering, tien seizoenen lang. Kun je het Ross kwalijk nemen dat hij gek werd?Hopkins gaat verder:
The show ended in 2004. The same year that Facebook began, the year that George W. Bush was re-elected to a second term, the year that reality television became a dominant force in pop culture, with American Idol starting an eight-year reign of terror as the No. 1 show in the U.S., the same year that Paris Hilton started her own “lifestyle brand” and released an autobiography.
De show stopte in 2004. Hetzelfde jaar waarin Facebook begon. George W. Bush herkozen werd. Het jaar waarin reality tv een overheersende kracht in de populaire cultuur werd. Het jaar waarin American idols aan een acht jaar durend terreurbewind begon als de populairste show in de VS. Hetzelfde jaar waarin Paris Hilton haar eigen lifebrand style begon en haar autobiografie publiceerde.
Vervolgens komt David Hopkins aanzetten met zijn theorie:
Yes, my theory is that Friends may have triggered the downfall of western civilization. You might think I’m crazy. But to quote Ross: “Oh, am I? Am I? Am I out of my mind? Am I losing my senses?” Did you know the song that originally accompanied the Friends pilot episode was R.E.M.’s “It’s the End of the World as We Know (And I Feel Fine).” A blissful song with an apocalyptic message that goes largely ignored.
Mijn theorie is dat Friends de neerval van de westerse beschaving op gang bracht. Waarschijnlijk denkt u dat ik gek ben. Maar, om Ross te citeren: “Oh, ben ik dat? Ben ik gek? Verlies ik mijn verstand?” Weet u dat het liedje dat de pilot-aflevering van Friends vergezelde ‘It’s the end of the world (and I feel fine)‘ van R.E.M is. Een zalig nummer met een apocalyptische boodschap die grotendeels werd genegeerd.

Is dit niet van alle tijden, vraagt hij zich vervolgens af:
Maybe intellectuals have always been persecuted and shoved in lockers, but something in my gut tells me we’re at a low point — where social media interaction has replaced genuine debate and political discourse, where politicians are judged by whether we’d want to have a beer with them, where scientific consensus is rejected, where scientific research is underfunded, where journalism is drowning in celebrity gossip.
Misschien zijn intellectuelen altijd vervolgd en in lockers opgesloten, maar ik voel aan mijn theewater dat we erg laag zijn gezonken als sociale media het echte debat en het politieke vertoog gaan vervangen, politici gekozen worden op het feit of we met hen een biertje willen drinken, we in een tijd leven waar wetenschappelijke overeenstemming wordt verworpen, onderzoek onvoldoende wordt gefinancierd en journalistiek verdrinkt in roddels over bekende mensen.
Hij eindigt hoopvol:
Fortunately, there’s a resistance forming. People with grit, who aren’t afraid to begin a sentence with “Did you know…” These are the Rosses of the world.
Gelukkig is er een tegenbeweging. Mensen met een ruggengraat, die niet bang zijn om een zin te beginnen met ‘Wist je dat …’. Dit zijn de Rosses van de wereld.

Volwassener gedrag
Vervolgens somt hij een viertal ‘dingen’ op die ieder van ons kan (gaan) doen. Dingen die ‘mooi’ aansluiten waarvoor ooit een bibliotheek is opgericht en waarvoor zij zich nog steeds – ook in deze digitale wereld – wil en moet inzetten.
De teneur van het artikel van David Hopkins sluit ook aan bij de zin ‘volwassenen verleiden zich volwassener te gaan gedragen‘, die we als bibliotheek in onze regio regelmatig te berde brengen. Een zin waaronder twee aannames of uitgangspunten liggen.
Ten eerste gaat ‘de bieb’ niet vertellen wat volwassen gedrag is of inhoudt; maar als bibliotheek/bibliothecaris weten we wel dat ieder van ons zich ‘bezondigt’ aan onvolwassen gedrag. In meerdere of mindere mate. En voor je zelf, de samenleving én ‘de toekomst’ is het ‘beter’ indien we ons iets-je volwassener zouden gaan gedragen. En dat lukt beter indien je jezelf voedt met informatie, kennis. Zeker weten! Om meer inzicht te krijgen, iets ‘wijzer’ te worden helpt het als je jezelf goed informeert.
Het tweede punt heeft te maken met het woord ‘verleiden’. Als bibliotheek/bibliothecaris hebben we niet meer mogelijkheden. Dat willen we ook niet. Willen u niet dwingen; noch gaan we ‘het’ afdwingen. We kunnen onze omgeving (leden en niet-leden in de regio Noord Oost Brabant) alleen verleiden kennis van bepaalde zaken te nemen. Opdat u dat tot u neemt; om er uw voordeel mee te doen.

We staan als bibliotheek wél op het standpunt dat we u meer moeten aanreiken dan waar u om vraagt. Dit zogenaamde retaildenken staat haaks op alles waar een David Hopkins voor staat. De leraar moet niet dalen, de leerling moet klimmen. Een citaat van Multatuli. We zijn helaas in een wereld terecht gekomen waarin té veel burgers zich als consumenten laten wegzetten, afschepen. Burgers die werkelijk geloven dat alles waar ze naar streven door henzelf is bedacht, verzonnen. Zelfstandig denkende burgers weten wel beter en proberen methoden te bedenken om zichzelf daartegen te beschermen. Weten dat er zo iets bestaat als een filter bubbel, en daar naar handelen. Actief op zoek gaan naar ‘andere’ geluiden, inzichten, wijsheid.
Een bibliotheek is zo’n instelling die daarvoor gebruikt/misbruikt kan, mag én moet worden. Goede media idem dito. Onderwijs. Musea. Filmtheaters. Theaters. Kerken. We hebben in onze westerse samenleving (nog steeds) een brede reeks aan instellingen en instanties die mensen willen helpen beter te begrijpen wat er gaande is. Opdat u de juiste keuzes kunt maken, een prettiger leven heeft. Niet achter het eerste idee of man/vrouw aanloopt dat/die u een ‘goed gevoel’ geeft.
Instellingen, organisaties en bedrijven die proberen te voorkomen dat onze westerse samenleving wegzakt naar een niveau waar velen zich nu nog voor schamen. En toch is die trend aanwezig, gaande en wordt sterker.
Met David Hopkins maken velen zich grote zorgen. Er moet een tegenbeweging op gang komen. Dat kan op allerlei manieren. Is al begonnen. Op een bepaalde manier lijken onze jaren op 1966-1968, een tijd waarin het gistte van vernieuwing, verandering én optimisme. Dat laatste ontbreekt, maar wie weet.
Vier ‘methodes’
David Hopkins reikt aan het slot van zijn artikel vier methoden aan. Daar is niets mis mee. Opmerkelijk vind ik dat hij het niet alleen over lezen, studeren, jezelf ontwikkelen heeft, maar ook een link legt met ons consumentenbestaan; waarin we producten en diensten afnemen waar (grote?) vraagtekens bij gezet kunnen worden.
Hij houdt ons kortom een spiegel voor.

No. 1: read a fucking book.
Something special happens when you set aside the inane distractions of modern culture and immerse yourself in a novel. You open yourself up to new ideas, new experiences, new perspectives. It’s an experiment in patience and mindfulness. The New School for Social Research in New York proved that reading literature improves empathy. It’s true. Reading makes you less of a jerk. So, read often. Read difficult books. Read controversial books. Read a book that makes you cry. Read something fun. But read.
Nr. 1: lees verdomme een boek
Er gebeurt iets bijzonders als u zich afwendt van de waanzinnige afleidingen uit de moderne cultuur en uzelf onderdompelt in een roman. U stelt zich open voor nieuwe ideeën, nieuwe ervaringen, nieuwe perspectieven. Het is een experiment in geduld en mindfullness. The New York School for Social Research in New York bewees dat het lezen van literatuur uw empathisch vermogen verbetert. Het is waar. Lezen maakt u minder eikel-ig. Dus lees vaak. Lees moeilijke boeken. Lees controversiële boeken. Lees een boek dat u laat huilen. Iets lolligs. Maar: lees.

No. 2: learn something.
Your brain is capable of so much. Feed it. Learn something new. The greatest threat to progress is the belief that something is too complex to fix. Poverty is permanent. Racism will always exist. The Israeli-Palestinian conflict is too difficult to understand. The public education system is broken. Educate yourself, so you can be part of the conversation. Learn something scientific, something mathematic. Explore philosophy. Study paleontology. Try to learn a new language. You don’t even have to make fluency your goal, just get a few more words in your head. Listen to an educational podcast. Professors from colleges — such as Harvard, Yale, Columbia, Stanford — are offering their lectures online for free. Think of what you could learn. One of my greatest challenges as a teacher was convincing students they were smart after someone had told them they were dumb.
Nr. 2: leer iets
Uw brein kan zo veel meer. Voedt het. Leer iets nieuws. De grootste bedreiging voor de vooruitgang is de overtuiging dat iets te complex is om op te lossen. Armoede is permanent. Er zal altijd racisme zijn. Het Israëlisch-Palestijnse conflict is te moeilijk om te begrijpen. Ons openbare onderwijssysteem is kapot. Onderwijs uzelf, opdat u deel kunt nemen aan het gesprek. Leer iets wetenschappelijks, iets wiskundigs. Grasduin in de filosofie. Bestudeer paleontologie. Probeer een nieuwe taal uit. U hoeft het echt niet vloeiend te gaan spreken, pomp slechts een aantal woorden in uw hoofd. Beluister eens een leerzame podcast. Professoren van universiteiten – als Harvard, Yale, Columbia, Stanford – bieden hun lezingen gratis aan. Bedenk wat u allemaal zou kunnen leren. Een van mijn grootste uitdagingen als leerkracht was studenten ervan te overtuigen dat ze slim waren, nadat iemand anders hen verteld had dat ze dom waren.

No. 3: stop buying so much shit.
This may seem like a non sequitur, but I’m convinced consumer culture and idiot culture are closely linked. Simplify your life. Idiocy dominates our cultural landscape because it sells more Nike tennis shoes and Big Macs. When we thoughtfully consider what we bring into our home, we are less likely to be manipulated by empty impulses.
Nr. 3: stop met troep kopen
Dit lijkt misschien een non sequitur, maar ik ben ervan overtuigd dat consumenten en idiote cultuur nauw met elkaar zijn verbonden. Vereenvoudig uw leven. Idiotie domineert ons culturele landschap omdat daardoor meer Nike schoenen en Big Macs verkocht kunnen worden. Als we zorgvuldig nadenken over wat we ons huis in sjouwen, is de kans dat we door lege impulsen gemanipuleerd worden kleiner.
And finally: protect the nerds.
A computer programmer from Seattle is doing more to alleviate world poverty, hunger, and disease through the Bill & Melinda Gates Foundation than any other person in America right now. Nerds create vaccines. Nerds engineer bridges and roadways. Nerds become teachers and librarians. We need those obnoxiously smart people, because they make the world a better place. We can’t have them cowering before a society that rolls their eyes at every word they say. Ross needs better friends.
En als laatste: bescherm de nerds
Een computerprogrammeur uit Seattle doet met hulp van de Bill & Melinda Gates Foundation meer dan enige andere Amerikaan om de wereld op te lichten uit armoede, honger en ziekte. Nerds creëren vaccins. Nerds bouwen bruggen en wegen. Nerds worden leraar en bibliothecaris. We hebben die hinderlijk slimme mensen nodig, omdat zij de wereld tot een betere plek maken. We kunnen niet hebben dat zij bang zijn voor alles wat ze zeggen (en doen). Ross verdient betere vrienden.
Citaat 428 (donderdag 19 januari 2017)
Homepage Citaten 2017