My neighborhood adores our @nypl branch.
Libraries are so much more than books. They are sanctuaries for children, résumé and business plan coaches, and portals to the greater world.
They are inspiring public spaces where all people can tap their own potential.

Millennials komen er graag
Altijd fijn als een bright coming young woman zich via een tweet positief uitlaat over de bibliotheek. De reden was een Amerikaans artikel waarin beweerd wordt dat jongelui (van 18-35 jaar) de laatste jaren vaker de bibliotheek bezoeken dan oudere mensen. Artikel: Millennials are the most likely generation of Americans to use public libraries (Pew Research center, 21 juni 2018).
Alexandria Ocasio-Cortez
De tweet was van een jongedame (geboren in 1989) waarvan ‘we’ de komende maanden veel meer zullen gaan horen: Alexandria Ocasio-Cortez. Zij versloeg onlangs in New York in een voorverkiezing ene Joseph Crowley. Dat is meer dan opmerkelijk. Crowley behoort tot de top van de Democratische partij. Tóch versloeg ze hem. Namens het 14e kiesdistrict van New York strijdt ze voor de Democraten tijdens de verkiezingen van 6 november om een plek in het Congres.
Het bijzondere van haar overwinning is dat ze niet gesteund werd door ‘het grote geld’. Verder bepleit ze zaken waar zelfs de meeste democraten in de VS al decennialang niet meer echt voor opkwamen. Denk aan betaalbare gezondheidszorg, gratis onderwijs en verbieden dat grote bedrijven en rijke individuen met hun geld de uitkomst van verkiezingen kunnen bepalen.
Deze overwinning heeft voor veel ophef in de Verenigde Staten gezorgd en velen hoop gegeven dat ‘het’ anders kan.
Deze tweet wil ik als brugje gebruiken om een op 21 juni van dit jaar geopende nieuwe bibliotheek naar voren te halen. Ook sluit het aan bij een tv-serie die momenteel door de NPO wordt uitgezonden. Daarin staat de Nederlandse architecte Francine Houben centraal. Zij is momenteel met haar team bezig om het hoofdgebouw van de (door Alexandria Ocasio-Cortez genoemde) NYPL, de New York Public Library, zeer grondig te verbouwen.

Bibliotheekwerk heeft een plek nodig
Nog steeds. Midden in een digitale wereld, schreeuwt een stad om een bibliotheekgebouw. Bij voorkeur midden in het centrum. Een gebouw met (alsjeblieft: enige) allure. Waar het goed toeven is. Waar elke burger en passant welkom is. Om even te zijn. Een krantje te lezen. Enkele tijdschriften door te bladeren. Een kopje koffie te drinken. Een kopie te maken. Een vraag te stellen. Deel te nemen aan een of andere bijeenkomst (lezing, workshop, cursus). Een praatje te maken. Iets op het internet op te zoeken of een printje te maken. Er even uit te zijn. Iets om de dag te breken. Onder de mensen te zijn.
Dan helpt het als zo’n bibliothekgebouw ‘iets’ bijzonders heeft. Bijzonder is. Een pand waar je als burger van een dorp of gemeenschap trots op kunt zijn. ‘Onze bieb!’ Gelukkig begrijpen ook lokale bestuurders in Nederland steeds vaker dat in zo’n gebouw geïnvesteerd kan en moet worden.

Noord Oost Brabant
Dit speelt ook in onze regio. Zo betrok dit voorjaar de Schijndelse bibliotheek een nieuwe lokatie; midden in het centrum. Wordt het voormalige gemeentehuis van Lith omgebouwd tot een multifunctioneel pand waarin ook de bieb een plek zal vinden. Zijn er zeer serieuze verbouwingsplannen voor de bibliotheek in Uden; dit najaar. Lijkt er overeenstemming om in Zeeland (het plaatsje) het hele centrum op de schop te gaan nemen en daar de bibliotheek ook in onder te gaan brengen. Verder is het nog steeds de bedoeling dat dé bieb in Oss de hoofdgebruiker gaat worden van een nieuw pand op de plek waar nu het voormalige V&D-pand staat.

Genoeg reden om rond te kijken
Als bibliothecarissen kijken we natuurlijk om ons heen. Bezoeken plekken waar de bibliotheek onlangs is verbouwd. Of waar zelfs nieuwe bibliotheken zijn gebouwd. Ieder zal zo zijn of haar voorkeuren hebben. Vorige week bezocht ik in de eerste week van mijn zomervakantie wellicht ‘de mooiste’ die ik ooit heb gezien. Dat is uiteraard subjectief en beperkt; want de meeste bibliotheken heb ik niet gezien. Maar desondanks vind ik dat de bibliotheek van Aalst (in België) wonderwel geslaagd is. Het ontwerp is trouwens door een Nederlander gemaakt. Alleen ontbreekt er (toch) iets aan dit pand, maar daarover later meer. Eerst iets over Aalst.
Aalst, in België
Ik kan me voorstellen dat over deze plaats twee quizvragen gesteld worden:
1. Welke beroemde schrijver werd in Aalst geboren?
2. Hoe heet die priester die in Aalst opkwam voor de arme arbeiders en zich niet populair maakte bij zijn superieuren?

Een jumelage
Daaraan kan ik – dankzij Wikipedia – een vraag toevoegen: Met welke Nederlandse plaats heeft Aalst een zogenaamde stedenband? Vooral deze derde vraag levert een verrassend antwoord op. Het is Oss, alleen vermoed ik dat bijna niemand dat in Oss, noch in Aalst weet. Ik heb er in alle jaren dat ik in Oss werk nooit iets van gemerkt. Die schrijver is trouwens Louis Paul Boon, beroemd door zijn De Kapellekensbaan, erotische romans en maatschappelijke betrokkenheid en engagement. Hij schreef niet voor niets ook een roman over die priester, Pieter Daens en zijn oom Adolf.

Een beroemde drukker
Maar er is nog iets wat Aalst bijzonder maakt. Zó bijzonder dat de nieuwe bibliotheek ernaar is vernoemd: Utopia van Thomas More. Dat boek is natuurlijk niet in Aalst geschreven. Maar de drukker komt wel uit Aalst. Ene Dirk Martens drukte de eerste Latijnse versie in 1514. Hij kwam uit Aalst. Zijn standbeeld staat op de Grote markt. Als eerbetoon aan een man van de geest. Die mede aan de basis stond van een samenleving waarin meer de nadruk werd gelegd op wetenschap en ratio. Weg van de zogenaamde ‘duistere’ Middeleeuwen. Grote klasse om jouw nieuwe bibliotheek daarnaar te vernoemen. Een schitterend én urgent signaal in onze tijden van fake news en zwelgen in onzin en veel leeg vermaak.

Oss en Aalst
Beide plaatsen lijken veel op elkaar. Hebben ongeveer hetzelfde aantal inwoners. Het zijn plaatsen waar veel arme mensen woonden en werkten. Alleen heeft Aalst veel meer allure. In Oss zijn bijna alle historische panden afgebroken; Aalst staat er figuurlijk gesproken vol mee. Ook heeft Aalst enkele illustere mensen voortgebracht (Boon, Daens, Martens). Maar qua schaal lijken ze erg op elkaar en hebben een regionale uitstraling en functie. In zo’n plaats hoort een aansprekende bibliotheek te staan. Dat is in Aalst gelukt.

Burgemeester Christoph d’Haese zegt het in De weg naar Utopia als volgt:
Utopia is belangrijk voor Aalst. Het is meer dan een prachtig gebouw, het wordt meer dan een huis voor de Academie voor Podiumkunsten, meer dan zomaar een bibliotheek. Het wordt een deel van ons nalatenschap en een plaats waar dat nalatenschap verder kan vormgegeven worden.
Mooie woorden, maar in dit citaat zit een deel van mijn kritiek opgesloten. Maar daarover later meer.

Kaan architecten
Het pand is ontworpen door een Rotterdams architectenbureau: Kaan. Klik hier voor een fotoreportage. Utopia is het huis voor een hogeschool en een bibliotheek. Beslaat drie etages. Aan de zijkanten zitten overal leslokalen en plekken waar mensen besloten samen kunnen komen. Er is ook een klein auditorium. Op de begane grond bevindt zich een deel van de leeszaal en de jeugdafdeling. Ook is er een klein restaurant. De boeken staan over alle etages relatief aan de zijkant van het gebouw opgesteld. Op elke verdieping staan stoelen en tafels; vaak voorzien van pc’s met gratis wifi. De akoestiek is prima. Er heerst rust. En grandeur. De centrale trap verbindt alle etages en is het hart van het pand.

Het pand ligt midden in het centrum, maar niet in dé winkelstraat. Maar die is dichtbij, om de hoek zogezegd. Auto’s kunnen – gelukkig – niet voor de deur parkeren. Fietsen wel.

Op de eerste en tweede etage zijn twee wanden ingeruimd voor een kleine tentoonstelling. Die hebben volgens mij een redelijk permanent karakter. Hier worden Louis Paul Boon en Thomas More geëerd en in verband gebracht met Aalst. In dit pand zit trouwens (bewust?) niet het historisch centrum. Een minpuntje. Was – denk ik – beter geweest.
Verder staan er her en der verspreid andere zaken die een link hebben met Thomas More en zijn Utopia. Ook die artefacten staan er volgens mij voor ‘eeuwig’. Lijkt wat dat betreft op de (nieuwe) bibliotheek in Gouda, de Chocoladefabriek. Daar is een kleine drukkerij in onder gebracht. Mooi, maar belet tegelijkertijd dat er op zo’n plek ‘iets’ anders kan worden gedaan of georganiseerd.

De Aalster bibliotheek straalt rust uit. Is ook rustig. Akoestiek is prima. Mensen storen elkaar niet. Millennials zullen wellicht niet kunnen waarderen dat je geen etenswaren mee naar binnen mag nemen en nuttigen. Wel kun je ‘overal’ gaan zitten; om te studeren, lezen, overleggen. En natuurlijk is er wifi.

De Aalster bibliotheek lijkt deels op relatief nieuwe bibliotheken in Amersfoort (het Eemhuis), Arnhem (‘de’ Rozet) en Sittard (Ligne Sittard). Ruim opgezette, nieuwe panden. Verspreid over meedere etages. Vaak samen met andere partners. Veel zitplekken, ruimte voor studie en overleg. En allure. Uitstraling. Third places waar burgers trots op kunnen en zullen zijn.
Klik hier voor een tweet van Martin Hagreis, de stadsontwerper van de gemeente Oss. Hij bezocht deze week Ligne Sittard en maakte een flink aantal foto’s.

De Aalster bibliotheek is nieuw; grotendeels. De bieb is als het ware aangebouwd tegen een historisch pand. Daarin zijn vooral de leslokalen en kantoren onder gebracht. Door de magic hand van Kaan architecten wordt echter de indruk gewekt dat ‘het’ altijd zo is geweest.
In Nederland zijn er twee relatief nieuwe bibliotheken waar hetzelfde ‘kunstje’ is uitgehaald. In Gouda is de bibliotheek ondergebracht in een voormalige chocoladefabriek. Die woorden suggereren dat dit pand een industriële uitstraling heeft. Zoals op de Noordkade in Veghel of de Spoorzone in Tilburg (waar binnenkort de nieuwe bibliotheek zal ‘zitten’). Helaas is dat in Gouda niet het geval. De chocoladefabriek is eerder een oud kantoorpand dat klaargemaakt is voor de 21ste eeuw. Daarin is men zeker geslaagd.
In Vught is onlangs de bibliotheek ondergebracht in een voormalige kerk. Een zeer geslaagd concept. Vooral omdat hier plaats kan vinden wat ik in Aalst een ‘beetje’ mis. In Vught zitten uiteenlopende partners in hetzelfde pand. Hebben de insteek om er voor te zorgen dat dit dé plek voor Vught wordt waar mensen om zéér diverse redenen samen kunnen komen. En de bibliothecaris is de linking pin. Die faciliteert, meedenkt, entameert. Dat gevoel mis ik een ‘beetje’ in Aalst. Zag het vorige week dinsdag (de 17e juli) niet. Noch op hun website.

De burgemeester van Aalst gebruikte in het citaat dat ik hierboven aanhaalde twee keer het woord ‘nalatenschap’.
Ik heb sterk de indruk dat de Aalster bibliotheek het in zich heeft te verworden tot een bewaarplaats van … boeken. Daar is niets mis mee. Prima, een mooi signaal richting allen die heilig geloven dat alles binnenkort digitaal zal zijn. Maar een bibliotheek moet meer zijn. Het moet er bruisen van de activiteiten. Opdat mensen hier samenkomen om met elkaar en bibliothecarissen nieuwe dingen te leren. Te ervaren. Plekken waar nieuwe dingen tot stand komen. En altijd (nogmaals: ALTIJD) kan er geput worden uit, of teruggegrepen worden op de rijke collectie van de bibliotheek. Dat zijn natuurlijk die papieren boeken, maar evenzo de meest uiteenlopende digitale bronnen én niet te vergeten kennis in de hoofden van de deelnemers.





Enkele jaren geleden bezocht ik de nieuwe bibliotheek van Birmingham, een ander werk van Francine Houben. Over dit bezoek schreef ik De bibliotheek – rewriting the book (augustus 2014). Eerder haalde ik Francine Houben naar voren: Gezond verstand: de wereld staat niet stil! Wij reageren op wat de maatschappij nodig heeft … (december 2013)

Ik schreef onlangs een (long read) over de rol van bibliothecarissen in deze tijd: Next librarians zijn de vroedvrouwen van de … next society (juli 2018). In dit artikel wordt u verwezen naar andere artikelen over ‘de bieb’. In sommige neem ik enkele van de hier aangestipte bibliotheken korter of langer mee.

Een gebouw is niet genoeg
Mijn centrale kritiek op de Aalster bieb is dat het een prachtig pand is, waar bijna iedere Aalstenaar trots op kan zijn.
Maar ik mis iets. Hopelijk vergis ik me. Dit schitterende pand gaat pas écht leven als (next) librarians de ruimte krijgen om er leven in te blazen. Zorgen dat er iets gebeurd.
In het prachtig vormgegeven boek dat verscheen ter geleegnheid van de opening van de Aalster bibliotheek (De weg naar Utopia – €30,–) zegt Arnoud Van der Straeten (van de bibliotheek) dat het publieksprogramma vraaggericht zal verlopen in plaats van aanbodgericht. Met aandacht voor samenwerkingsverbanden, publieksparticipatie en hedendaagse of maatschappelijke ontwikkelingen of tendensen. Daar is niets mee, maar ik zou toch iets vaker als bibliotheek zelf het initiatief nemen. Om iets op de lokale agenda te zetten, waar veel Aalstenaren nog niet op zitten te wachten.
Maar Aalst mag trots zijn op haar bieb. Stedenpartner Oss is nu aan de beurt. Heeft één groot voordeel: ze kan leren van wat elders in de Lage Landen tot stand is gebracht.
Hopen te realiseren wat Alexandria Ocasio-Cortez (onthoudt de naam!) over ‘haar’ bibliotheek zegt:
“Het zijn inspirerende openbare ruimtes waar alle mensen hun eigen potentieel kunnen benutten”.
Citaat 542 (woensdag 25 juli 2018)
Homepage Citaten 2018