Categorieën
Boeken Citaten Maatschappij

€ 177,48 stond vanochtend zomaar () op mijn rekening.

Twee jaar geleden ontdekte ik Robert Went. Een econoom die als onderzoeker/publicist verbonden is aan de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid. Leest zich in mijn ogen suf. Vakliteratuur en artikelen, boeken en blogs over ontwikkelingen in de samenleving. Hij is ook een zeer actieve Twitteraar. Bijna altijd maakt hij ons attent op ontwikkelingen in zijn vak. In 2014 begon hij ook met een soort nieuwsbrief. Die een selectie bevat van tweets van de afgelopen week. Deze nieuwsbrief werd op zeker moment ontdekt door One World (een tijdschrift en blog). Daar verschijnen de laatste tijd zijn nieuwsbrieven onder de titel: De Week van Went in Tweets. Deze week verscheen de 94e editie.

Ik zie Robert Went als een door ons allen betaalde verkenner (uit het bordspel Stratego). Die zich als het ware voor ons opoffert. Hij verkent een deel van de werkelijkheid. Waar wij – ‘normale’ burgers – onvoldoende tijd voor hebben. Of een deel van de werkelijkheid waar wij zelf onvoldoende kijk op hebben. Robert Went is op zijn eigen, unieke manier ook een soort journalist. Klik hier om u op deze nieuwsbrief te abonneren.

Verwarrende tijden
Robert Went twittert niet voor niets zo veel en zo vaak. Ontwikkelingen in ‘de economie’ en samenleving buitelen over elkaar heen. Het zijn turbulente tijden. Waarin door heel veel mensen feiten én meningen over bepaalde zaken worden aangedragen. Robert Went wekt de indruk dat hij er boven op zit. ‘Het’ allemaal leest; althans weet heeft van nieuwe boeken, artikelen, rapporten, blogs, filmpjes et cetera. En maakt ons – zijn volgers – daar op attent. Hoe attent en aardig. Het zadelt je wel met een schuldgevoel op. Het is volstrekt onhaalbaar, ondenkbaar, onmenselijk om alles wat hij naar voren haalt te lezen of te bekijken. Je kunt er – in mijn geval – hooguit overheen scheren en er af en toe enkele zaken uitpikken. Maar, desondanks krijg je als redelijk argeloze buitenstaander zicht op het grote debat dat onder economen en beleidsmakers gevoerd wordt.

“Ze weten het niet meer!”
Mijn indruk is de laatste maanden steeds sterker geworden dat de meeste economen (en politici, beleidsmakers) ‘het’ (ook) niet meer weten. Bijna radeloos zijn. Hoe kunnen we uit de huidige economische (en daarmee samenhangende maatschappelijke) malaise  komen. Sinds het begin van de financiële en economische crisis (2007-2008) zijn veel maatregelen genomen. Door uiteenlopende mensen en instanties. Maar feitelijk zitten we als samenleving nog steeds in de put. Het lijkt wel alsof ‘de economie  niet meer werkt. Zoeken circa anderhalf miljoen Nederlanders een betaalde baan. Is ons gemiddelde inkomen al jarenlang ongeveer hetzelfde. Terwijl aan de ene kant kosten voor het dagelijks levensonderhoud wel duurder zijn geworden; en we aan de andere kant in bijna deflatoire tijden leven. Onze pensioenen verkruimelen onder onze vingers; worden jaarlijks naar beneden bijgesteld (‘geïndexeerd’).

Staan we ook nog aan de vooravond van de komst van robots en zelflerende systemen, die zullen leiden tot het verdwijnen van zinvolle banen. Vallen winkelketens massaal om. Lezen steeds meer mensen boeken over zuiniger leven; kopen daardoor domweg minder spullen. Wordt Europa overspoeld door vluchtelingen. Zijn de banken weliswaar door ons allen gered, maar is het maar zeer de vraag of die banken in staat zijn een volgende financiële crisis zonder onze hulp te weerstaan. Lopen er in Nederland circa een miljoen zzp’ers rond, die enerzijds vieren dat ze ‘vrij’ man of vrouw zijn; maar die aan de andere kant onvoldoende inkomen verwerven en niets regelen voor later of tijden van ziekte. Hebben we aan de ene kant biljoenen euro’s schulden (burgers én overheden) en hebben grote bedrijven aan de andere kant biljoenen euro’s in kas waar ze geen raad mee weten. Behalve om andere bedrijven op te kopen. Vaak tegen beter weten in; meerwaarde wordt zelden gerealiseerd.

Soms komt de gedachte op dat onze economie een piramidespel is (geworden. En we weten dat degene die het laatst instapt de klos is als het hele bouwwerk in elkaar dondert. Zeker is dat de ‘kleine’ man (zeg: de samenleving) het gelag betaalt als dit onverhoopt mocht gebeuren.

Links-rechts denken
In deze verwarrende tijden wordt ook steeds duidelijker dat links-rechts denken niet meer werkt. Robert Went levert dagelijks voorbeelden aan waaruit blijkt dat ‘rechtse’ beleidsmakers ‘linkse’ dingen voorstellen. Om een bepaald probleem op te lossen. Of andersom. Anders geformuleerd: steeds vaker zie je dat mensen die in control zijn – en ‘hét’ zouden moeten weten – ‘dingen’ voorstellen die haaks staan op waar ze ooit voor stonden. Waarom? Omdat ze er achter komen dat oude, vertrouwde oplossingen niet meer werken. De economie is zo van slag dat er onorthodoxe maatregelen genomen moeten worden. Beter: die worden voorgesteld. Er wordt iets geponeerd en collega economen, beleidsmakers, politici reageren daar weer op. Er ontstaat een gesprek over ondenkbare voorstellen; die wellicht ooit werkelijkheid gaan worden. Voorbeelden? Het basisinkomen? Schulden van overheden weer laten oplopen? Geld kwijtschelden aan landen die ‘het’ niet meer kunnen betalen? Zeer gunstige belastingwetgeving voor multinationals terugdraaien? Samen gaan werken over de nationale grenzen heen?

En – vandaag – helikoptergeld?

Overmorgen? Het UWV opheffen? Alle huizen in Nederland binnen tien jaar energie neutraal maken? De pensioengerechtigde leeftijd los laten en/of verlagen naar 60 jaar? Invoering van een driedaagse werkweek? Stoppen met maatregelen om de marktwerking te stimuleren?

Helikoptergeld: €177,48 p.p. (per maand)
Vanochtend maakte Robert Went zijn volgers al attent op een column van Maarten Schinkel. Die tegenwoordig ’s ochtends verschijnt in NRC Next en ’s middags in zijn vertrouwde NRC Handelsblad. Hij begint Radicale ideeën voor de economie met het gezin De Vries. Waar moeder constateert dat haar puberzoon thuiskomt met een zojuist gekocht horloge. Hij formuleert het zo:

Het is een zonnige zaterdagmiddag als mevrouw De Vries haar zoon ziet thuiskomen met een gloednieuwe zonnebril. Op de argwanende vraag waar hij die zo plots vandaan heeft, antwoordt de jongeman: „Zelf gekocht. Er stond vanochtend zomaar 177,48 op mijn rekening.”

Mevrouw De Vries, gewend aan pubersmoesjes, logt in bij haar bank, en ziet tot haar grote verbazing ook een bijschrijving op haar eigen rekening. 177 euro en 48 cent. ‘Met vriendelijke groeten, M. Draghi’, staat er achter.

Terwijl dochterlief op fonkelnieuwe pumps binnenstapt door de keukendeur, belt mijnheer De Vries, met dezelfde verbijsterende boodschap. „Schat, je raadt nooit.” Zijn stem gaat verloren in het kabaal in de achtertuin, waar alle buren inmiddels over de schutting het nieuws naar elkaar schreeuwen. Jij ook? Ja, ik ook.

Quantitative easing
Maarten Schinkel noemt in zijn column dit begrip niet. Noch de Nederlandse vertaling: kwantitatieve versoepeling. Maar heeft het wel degelijk over deze obscure en verhullende term voor iets onvoorstelbaars. Bijna sprookjesachtig. Vanuit het niets creëert de president van de Europese Bank (Mario Draghi) al sinds 2014 maandelijks 60 miljard euro.
€60.000.000.000,–.
En met dat bedrag koopt hij staatsleningen op. Of terug. Als u het begrijpt, werkt u bij een bank. Maar als redelijk argeloos burger is dit natuurlijk hocus-pocus gedoe. Denkt u misschien:  “Het zal wel goed zijn! Het zijn niet de stomsten die dit bedenken.”

Maar het probleem is dat het niet werkt. Sterker: ook redelijke argeloze burgers beginnen te begrijpen dat het niet werkt. De economie zit nog steeds in het slop. En alle hierboven aangestipte issues zijn nog steeds bij ons. En het lijkt er niet op dat het ‘beter’ gaat worden.

Maarten Schinkel’s column gaat over dat inzicht. In Frankfurt, waar de Europese bank zit, en op veel andere plekken waar de economische en politieke macht zit. ‘Het werkt niet!’ Laten we maar iets anders gaan proberen! Zo ver is het nog niet, maar steeds meer deskundigen beginnen in te zien dat het anders moet.

Kern van het probleem lijkt dat overheden in bijna alle westerse landen massaal zijn gaan bezuinigen. In een tijd waarin burgers gemiddeld genomen al onder veel schulden gebukt gingen. Burgers die zich tegelijkertijd zeer onzeker voelen over de toekomst en dus massaal – zonder onderlinge afstemming – besluiten het zuinig aan te doen. Aan de andere kant zijn er weliswaar bedrijven die bulken van het geld, maar die investeren dat geld niet. Zien onvoldoende perspectief om die investeringen ooit te kunnen terugverdienen. Waardoor er geen extra bedrijvigheid in de maatschappij tot stand komt. Eerder het tegendeel: algehele lethargie.

De komende maanden zal massaal het debat gevoerd worden of overheden in Europa niet het voortouw moeten gaan nemen. Een zeer grote impuls geven aan de economie. Massaal geld vrij spelen of uit het niets creëren om de bedrijvigheid en kooplust van burgers aan te wakkeren. In dit verband is van alles mogelijk. Uiteraard – alhoewel er ook mensen zijn die er al anders over denken – vraagt ‘men’ zich in die kringen niet af waarom we überhaupt nog zouden moeten willen groeien. Helikoptergeld is slechts één, zeer onorthodoxe methode. Investeren in infrastructuur is een andere veel genoemde. Bouw extra wegen en huizen. Isoleer massaal woningen en bedrijven. Plaats heel veel windmolens en zonnecellen. Help burgers om hun schulden te saneren. Helikoptergeld is natuurlijk wel een mooi beeld.

Helikoptergeld
Stel je voor dat elke Europese burger de komende vierentwintig maanden maandelijks €177,48 op zijn of haar rekening krijgt bijgestort. De inflatie zal binnen no time weer boven de twee procent uitkomen. Dat is zeker. En de reisbranche én het buitenland zullen er ook van profiteren. Waarmee meteen ook het ridicule van het idee wordt aangetoond. Beter lijkt om maandelijks in Nederland 3 miljard (17 miljoen x €177,–) extra uit te geven aan zaken die voor ons allen zinvol zijn. Investeren in bruggen, wegen, scholen, binnensteden, windmolens, zonnecelparken, treinen. Dingen waar we allemaal plezier aan beleven. Zal evengoed resulteren in een stortvloed aan nieuwe banen, extra omzet. En we houden er iets aan over. Het feit dat tante Truus de Taj Mahal heeft gezien voegt niet veel aan ons aller welzijn. Ome Piet kan beter zijn huis gaan isoleren; met hulp van een mooi financieringsaanbod. Of zoon Peter begint aan een nieuwe opleiding; om als veertiger nog kans te maken op een nieuwe, interessante baan. Voor drie dagen per week, of zo.

Negen manieren om een nieuwe recessie te bezweren
In dezelfde krant staat een ander artikel van Maarten Schinkel. De titel suggereert dat we al uit de crisis zijn, maar los daarvan geeft hij een mooi overzicht van de trukendoos van beleidsmakers. Bij elke oplossingsrichting geeft hij voor- en nadelen. Voor zover te overzien, natuurlijk. Het gaat om uitzieken, negatieve rentes, meer obligaties opkopen, een hoger begrotingstekort, (meer) overheidsinvesteringen, monetaire financiering, structurele hervormingen, een loongolf én helikoptergeld. Hij formuleert helikoptergeld zo:

Nog radicaler? Die 60 miljard aan staatsleningen die de ECB nu elke maand koopt, komen neer op zo’n 177 euro per maand per inwoner van de eurozone. Je kunt die inwoners dat vers gecreëerde geld ook gewoon geven. Hup, op de bankrekening. Alsof Mario Draghi, als Lambiek in Suske & Wiske, met een helikopter geld over de bevolking uitstrooit.
Het voordeel is dat centralebankgeld niet eerst omslachtig door het financiële systeem moet in de hoop dat het wordt uitgeleend. Of via monetaire financiering van de overheid. De link tussen geldcreatie en bestedingen is juist vrij direct. Al geldt ook hier de bedenking bij de loongolf: wordt het wel uitgegeven, en waaraan?
Het nadeel is natuurlijk flink: dit is terra incognita, het schept gevaarlijke precedenten, heeft onbekende bijeffecten en roept associaties op met hyperinflatie. Het zal sowieso zeer lastig worden om het er door te krijgen bij de ECB.

Nummer tien en elf worden door Maarten Schinkel niet genoemd: een jubeljaar (alle schulden kwijt- of wegschelden en opnieuw beginnen) en een moderne variant van het tientje Van Lieftinck

Enkele boeken?
Paul De Grauwe. De limieten van de markt : de slinger tussen overheid en kapitalisme (2014)
Paul Mason. Postkapitalisme : een gids voor de toekomst (2016)
Mariana Mazzucato. De ondernemende staat : waarom de markt niet zonder overheid kan (2015)
Yanis Varoufakis. De economie zoals uitgelegd aan zijn dochter (2015)

Enkele artikelen
People who can laugh at their own insignificance (februari 2016)
“Verdienen jij en ik het om te zijn geboren in de westerse wereld?” (februari 2016)
“De tegenstelling links-rechts is op sterven na dood” (januari 2016)
Boeken over onze snel veranderende wereld (januari 2016)
Bernie Sanders: Wat is in ’s hemelnaam water? (januari 2016)
You can blow out a candle/But you can’t blow out a fire (december 2015)
De komende 25 jaar banen worden bundels van taken (november 2015)
Ons leven moet opnieuw in de steigers, het moet terug naar de tekentafel. (november 2015)
Als mensheid: dat we fundamenteel van perspectief moeten veranderen (november 2015)
The call of the future is already here. Are we able to listen and rise? (september 2015)
Dit boek verschijnt dan ook precies op het goede moment (juli 2015)

Markt en staat zijn als tweelingbroeders: ze kunnen zonder elkaar niet leven, en ze versterken elkaar. (oktober 2014)
(De) bibliothecaris steeds meer moeten gaan zien als antwoord op de behoeften die leven in de samenleving. (maart 2015)

Citaat 335 (donderdag 25 februari 2016)
Homepage Citaten 2016

Door Hans van Duijnhoven

Bibliothecaris sinds september 1979. Werkzaam in de regio Noord Oost Brabant.

Één reactie op “€ 177,48 stond vanochtend zomaar () op mijn rekening.”

Laat een reactie achter bij De vrije markt – Ze is niet stabiel, maar labiel. Neigt niet naar langdurig evenwicht, maar kenmerkt zich door grilligheid. Is meer stroperig dan efficiënt – Lezer van StavastReactie annuleren

Ontdek meer van Lezer van Stavast

Abonneer je nu om meer te lezen en toegang te krijgen tot het volledige archief.

Lees verder