Categorieën
Boeken Filosofie Geschiedenis Herlevend burgerschap Klimaatprobleem Literatuur Maatschappij Politiek

Alkibiades, boek 11 – A cunning plan

Je wist dat het ging komen.

Buste van Alkibiades

Iedereen die aan deze dikke pil begint, weet dat Alkibiades, de hoofdpersoon én ‘auteur’ van dit levensverhaal, ooit moet sterven. En ook al ken je, voordat je aan deze roman van Ilja Leonard Pfeijffer begint, deze Griekse generaal/politicus/strateeg niet, je komt er googelend al snel achter dat hij op een vervelende manier aan zijn einde zal komen. Pakweg vijfentwintig honderd jaar geleden.

Máár in alle tien boeken die je tot dan toe in deze roman hebt gelezen is van dat einde niets te merken. Er gaan in het zogenaamd door Alkibiades opgeschreven levensverhaal tientallen (beter: duizenden) mensen – landgenoten én vijanden (‘barbaren’) – op een vaak niet natuurlijke manier dood, maar Alkibiades schrijft in zijn schuilplaats in het Perzische Rijk rustig door alsof hem niets kan overkomen.

Tóch weet je als lezer dat het einde er aan zit te komen. Alkibiades zegt tot twee keer in dit elfde boek dat dit het laatste boek zal zijn; en dat hij daarna zijn ‘memoires’ met daarin zijn opgedane inzichten en tactische tips zal opsturen naar Athene. Opdat de Atheners weten wat hen te doen zal staan om (wellicht samen, dan wel onder leiding van hem) zich van het juk van de Spartaanse overwinnaars te ontdoen én de democratie én de glorie van Athene te herstellen. Maar Alkibiades weet op dat moment (in dít elfde boek) niet dat er nog een twaalfde boek is. Zijn lezers wel. In de inhoudsopgave wordt dit twaalfde en laatste boek ‘gewoon’ aangekondigd, ruim zestig pagina’s. Een slotboek dat niet door hem zelf zal worden geschreven.

Maar in het begin van boek elf is hij nog steeds alive and kickin’. Maar hij heeft betere tijden gekend. Net zoals Athene. In het eerste hoofdstuk van het elfde boek maakt hij als het ware de stand op. Het is ruim twee jaar nadat de Griekse vloot verpletterend door de Spartanen is verslagen.

Alkibiades bevindt zich ook al weer enige tijd jaren in Thracië, als het ware gevlucht voor de Spartanen, Athene én het Perzische Rijk. Een outcast, die met een clubje getrouwen in zijn levensonderhoud voorziet door her en der stammen/rijkjes in een uithoek van ‘de wereld’ te beroven. Ondertussen blijft hij zoals gewoonlijk broeden op een plan om zowel de positie van Athene én van hemzelf te verbeteren.

Ik heb jullie meegevoerd op mijn reizen door de gehele bekende wereld van de Grieken en van de barbaren om in het onvoorstelbaar verafgelegen en nietige Melissa te arriveren, vanwaar ik mij tot jullie richt in jullie wanhoop omtrent onze stad, die gedurende al mijn omzwervingen nooit uit mijn gedachten is geweest. Ik heb jullie uitvoerig verteld over de episoden die mijn vertrouwen in jullie onherstelbaar hebben geschaad om nu opnieuw met klem jullie vertrouwen te vragen. Ik heb jullie tien boekrollen voor de voeten geworpen, waarin de ondergang van Athene ondanks mijn verwoede pogingen om de geschiedenis eigenhandig in een andere richting te sturen traag en onontkoombaar gestalte heeft gekregen, temeinde thans de blanke papyrus voor jullie te kunnen ontrollen waarop wij gezamenlijk het slothoofdstuk kunnen vormgeven onder de punt van mijn trillende rietstengel, waarin Athene, als jullie dat toestaan, wordt gered en waarin jullie met mijn hulp de oorlog alsnog in het voordeel van de Atheense vrijheid en democratie kunnen beslechten. (pagina 666)

Het Perzische Rijk, ten tijde van Darius I, de vader van Dareios II. In dit hoofdstuk bevindt Alkibiades zich ten oosten van Sardis (in Melissa, nabij Kelainai.

Onvoorstelbaar hoe Alkibiades ondanks alles, alle tegenslagen, als geboren optimist niet alleen kansen blijft zien om zich aan negatieve ontwikkelingen te onttrekken, maar vooral dat hij daarbinnen altijd voor zichzelf een rol ziet weggelegd. Hij is, beter was: geen bescheiden man.

Sterker: hij heeft weer een plan. Waarin hij de Perzische koning, Artaxerxes II, de opvolger van Dareios, zal overhalen partij te kiezen voor Athene, en zich samen met deze stadsstaat tegen Sparta te keren. Maar er is, helaas, een klein probleempje: hoe en waar kan Alkibiades deze nieuwe koning treffen? Hij heeft immers compromitterende informatie over Kyros, de rebelse jongere broer van koning Artaxerxes. Alkibiades weet een ondergeschikte van de koning, satraap Pharnabazos, er van te overtuigen dat hij de koning moet spreken. Deze Pharnabazos gelooft hem ogenschijnlijk en staat Alkibiades toe om zich in Melissa te vestigen; in de buurt van een stad waar over enige tijd de nieuwe koning zogezegd ‘langs’ zal komen.

In dat godvergeten gat zit Alkibiades samen met zijn Timandra ‘opgesloten’. En daar is hij begonnen met het opschrijven van zijn levensverhaal. Een geschrift dat bedoeld is voor Atheners die de Spartaanse overheersing zat zijn en een herstel van de democratie willen. In dit slothoofdstuk laat hij doorschemeren dat hij de Perzische koning voor de Atheense zaak kan/zal winnen. Hij heeft (wederom, om met Baldrick te spreken) een cunning plan.

Baldrick (uit Blackadder)

Tegelijk realiseert hij zich echter ook, nu hij het slothoofdstuk van zijn verhaal gaat opschrijven, dat de positie van Athene er sinds hij met zijn schrijfwerk begon nog veel slechter is gaan uitzien. In de kern wordt Athene door de zogenaamde Raad van Dertig (van Atheense burgers) bestuurd, maar die doen alles wat de Spartanen hen opdragen. Stromannen, zogezegd. Maar wel types die nietsontziend optreden, en vele respectabele burgers ter dood (laten) brengen.

Nu ik in mijn geschrift ben aangekomen op het punt waarop ik jullie deelgenoot zal maken van mijn plan, is die voorstelling inmiddels door de bittere realiteit gedegradeerd tot een anachronisme. Wanneer mijn document binnen afzienbare tijd met deze elfde en laatste boekrol zal zijn voltooid, zal het zijn weg vinden naar ballingen en ik zal tevens maatregelen moeten treffen om het heimelijk de stad te laten binnensmokkelen en het in het geniep te laten kopiëren om het uitsluitend de juiste lezers onder ogen te brengen. Van dit alles ben ik mij bewust. (pagina 666-667)

In het eerste hoofdstuk kijkt hij ook terug op zijn levensverhaal, dat hij bijna ‘af’ heeft. En hint hij onbewust, maar schrijver Ilja Leonard Pfeijffer zeer bewust naar zijn einde.

Het was een merkwaardige ervaring om mijn leven in haast te herbeleven. Men zegt wel dat een man die sterft zijn leven als in een droom aan zich voorbij ziet trekken op het moment dat hij zijn laatste adem uitblaast. Als dit waar is, hetgeen zoals zoveel wat de dood aangaat niet te controleren valt alvorens men daadwerkelijk sterft, ben ik blij dat ik niet in voortekens geloof die mij onwelkom zijn. (pagina 669)

In het fragment hierboven stipt Alkibiades aan dat hij zijn levensverhaal in een vloek en zucht heeft opgeschreven. Hij begon eraan toen hij Thracië als het ware ontvluchtte en zich tot Pharnabazos, de Perzische satraap wendde. Deze gaf hem toestemming zich tijdelijk in Melissa te vestigen om te wachten op zijn ontmoeting met koning Artaxerxes. In de tijdlijn kun je (op pagina 792-793) nagaan dat Alkibiades in januari 404 voor Christus in Melissa aankwam en met zijn boek begon. Terwijl dit elfde boek begint is het zomer; in november zal hij worden vermoord.

Maar aan het einde van het eerste hoofdstuk van boek elf is hij nog steeds dezelfde opgewekte, laconieke en zeer van zichzelf vervulde Alkibiades. Bescheidenheid komt in zijn vocabulaire niet voor!

Mannen van Athene, nu mijn martelende oefening in geduld bijna ten einde is, zal er ook een einde komen aan jullie beproevingen. De tijd voor langverwachte actie naakt. Ik ben van zins om mijn plan toe te lichten door het ontstaan ervan zo beknopt mogelijk voor jullie te ontvouwen, waarna ik verslag zal uitbrengen van mijn ontmoeting met de grote koning, koning der koningen, koning der landen wijd en zijd. Ik zal jullie informeren over zijn toezeggingen, waaruit mijn instructies aan jullie logisch zullen volgen, en dat zal het laatste zijn dat ik zal schrijven. Daarna zal ik deze elf boekrollen verzegelen en op de geëigende manier naar de juiste mensen vooruitsturen, opdat jullie voorbereid zijn op de bevrijding van Athene die ik met Perzische steun gestalte zal geven. (pagina 670)

Kyros, de jongere broer van koning Artaxerxes.

Alkibiades komt er in Melissa via allerlei mensen die hem van informatie blijven voorzien achter dat Kyros, de veel jongere broer van de nieuwe koning Artaxerxes, samen met de Spartaanse generaal Lysandros de Perzische koning uit de weg wil ruimen. De beloning voor Lysandros én Sparta is dat het Perzische Rijk met Kyros aan het hoofd Athene als het ware uitlevert aan Sparta. Alkibiades gelooft dat het vermeende complot nog verder gaat: wellicht wil Lysandros zelf koning worden, en Agis (die Alkibiades van zeer nabij heeft gekend; én zijn vrouw Timaia) opzij zetten.

Tja, met die zeer gevoelige informatie en inzichten wil hij zich wenden tot de huidige Perzische koning, Artaxerxes. In ruil hoopt hij dat de machtigste man uit ‘de hele wereld’ (waarin wij ons met Alkibiades bevinden) zich achter hem én Athene zal scharen. Zich samen met Athene als een blok afzetten tegenover Sparta. En aldus zal Athene haar voormalige status en macht herkrijgen.

Wat een plan! Het probleem is echter dat Alkibiades daarvoor toegang moet krijgen tot de koning. Hij heeft als Tiuri in Tonke Dragts klassieker zogezegd ‘Dé brief voor de koning‘ op zak, maar kan de boodschap nog niet afleveren.

Maar zelfs Alkibiades is een realist, en weet dat zijn plan wankel is, en de koning nog tweehonderd stadia van hem verwijderd.

Ik was gewoon te jongleren met talrijke opties, maar nu zag ik mijn mogelijkheden gereduceerd tot een enkel riskant plan, dat mij verder weg van alles zou voeren dan waar ik ooit was geweest. De realisatie van mijn laatste en enige plan zou, gesteld dat al mijn deducties klopten en dat al mijn verwachtingen uitkwamen, tweehonderd stadia verder gelegen zijn dan het uiterste punt dat ik vooralsnog kon bereiken. Omdat alternatieven ontbraken, kon ik geen rationele afweging maken van keuzemogelijkheden en mogelijke consequenties die aan het licht zou brengen of ik mijn rede volgde of mijn wanhoop. (pagina 684)

Nu hij bijna aan het eind van zijn verhaal voor ‘de’ Atheners is gekomen kan hij niet nalaten een sneer te doen naar de grilligheid van hun gedrag.

Die sneer zit verborgen in onderstaande slotzin van hoofdstuk vijf.

De reden waarom ik mijn momenten van zwakte met jullie deel, is niet dat ik erkenning zoek door te wijzen op de gevaren die ik heb doorstaan of dat ik jullie tot een luider applaus voor mij wil dwingen door de moeilijkheid van mijn plan te benadrukken, maar dat ik, afgezien van het feit dat ik mijn belofte aan jullie van volledige oprechtheid tot aan het bittere einde gestand wil doen, zou wensen dat jullie, op het moment waarop ik aan het hoofd van een Perzische overmacht zal optrekken tegen de Spartaanse bezetter, doordrongen zijn van het feit dat jullie daarmee een unieke en laatste kans op behoud zal worden gegund, dat jullie erop voorbereid moeten zijn om die mogelijkheid met beide handen aan te grijpen en dat zich, als jullie dat moment verkwanselen door onenigheid, opspelende deelbelangen, rivaliteit, machtsspelletjes en andere verworvenheden van de democratie, geen nieuwe kans zal voordoen. (pagina 685)

Pieter Omtzigt

Je hoort het Pieter Omtzigt zeggen tegen alle dames en heren die op ‘zijn’ kieslijst terecht zullen komen (geen nieuwe kans zal voordoen). En verwijst naar voorbeelden zoals Forum Voor democratie, Ja21 of de (zogenaamde) Partij Voor de Vrijheid.

Alkibiades kent zijn pappenheimers. En, als je kijkt naar onze huidige tijd, er is sindsdien niet veel veranderd. Terwijl het Nieuwe Klimaatregime nadrukkelijk op de deur klopt (of de nieuwe Grote Waarheid, zoals filosoof Wouter Kusters dat in zijn dit jaar verschenen boek Schokeffecten noemt), houden ‘wij’ (burgers, politici, media) ons vooral bezig met pietluttigheden, onze vakanties, vliegreizen, consumentengedrag, anderen de schuld geven et cetera; en komen daardoor amper toe aan maatregelen die écht zoden aan de dijk zouden zetten.

Terwijl Alkibiades in Melissa aan zijn levenstestament schrijft ervaart Athene steeds meer de negatieve gevolgen van de Spartaanse overwinning. In april van dat jaar (404 voor Christus) wordt het bewind van de Dertig geïnstalleerd. Dat zijn geen fijne jongens. Met honderden burgers wordt afgerekend. Ook Kleophon, de populist die er alles aan deed om zich van Alkibiades te ontdoen, wordt ter dood gebracht. Evenals Theramenes, een oude strijdmakker én lid van de Raad van Dertig, die Alkibiades van waardevolle informatie bleef voorzien en in wezen aan zijn kant stond.

Zoals we Alkibiades hebben leren kennen heeft hij ook hierover zo zijn gedachten. En verhip, hij heeft ooit het beroemde titelloze gedicht van Martin Niemöller uit de Tweede Wereldoorlog gelezen.

Elke onderdrukking begint als redelijkheid. Elke terreur neemt in eerste instantie de gedaante aan van een gerechtvaardigde correctie op erkende tekortkomingen van het bestaande systeem. ()

Dus toen de Dertig zich direct na hun aanstelling tot doel stelden om het juridisch systeem op te schonen en de wetgeving te moderniseren, werd er door menigeen instemmend geknikt en gezucht van opluchting.

Toen de volksjury’s werden opgeheven en de rechtspraak werd toevertrouwd aan een vast college van vijfhonderd door de Dertig goedgekeurde magistraten, was er hier en daar misschien een bezorgde democraat te vinden die erop wees dat de rechterlijke macht hiermee feitelijk afhankelijk was geworden van het bewind, maar omdat de volksjury’s in het verleden uiterst ontvankelijk waren gebleken voor manipulatie en omkoping verwoordden de bezorgde stemmen een dissidente mening, hetgeen niet wegneemt dat ze wel degelijk gelijk hadden, want als de oplossing voor het reële probleem dat de tribunalen misbruikt werden voor politieke afrekeningen, voorkwamen de Dertig dat de tribunalen in het vervolg misbruikt konden worden door politieke afrekeningen door anderen dan zijzelf. ()

De Dertig konden zich thans geloofwaardig presenteren als een regering die met daadkracht het recht en de orde herstelde en die ten langen leste een einde maakte aan de straffeloosheid. () Vervolgens werden de zogenaamde revolutionairen, van wie bewezen zou zijn dat zij zich in het geniep organiseerden om de regering omver te werpen, opgepakt, berecht en terechtgesteld. Kleophon behoorde tot de eerste slachtoffers. Het veronderstelde feit dat zij zich verzetten tegen het herstel van de rechtsorde, werd beschouwd als voldoende bewijs voor de aanname dat zij gebaat waren bij straffeloosheid en dat zij dus noodzakelijkerwijs misdadigers waren. Het waren vooral rijke, welgestelde burgers die slachtoffer werden van deze golf van arrestaties en executies. Dit was geen toeval. Hier zat een gedachte achter. Terwijl de Dertig zelf meer profijt hadden bij beslaglegging op de bezittingen van welgestelden dan bij de verbeurdverklaring van de schamele eigendommen van arme sloebers, speelden zij tevens in op het breed onder het volk levende wantrouwen jegens de elite, dat de populisten in het recente verleden met groot succes nog verder hadden aangewakkerd. Vanwege hun doordachte selectie van de eerste slachtoffers van hun terreur, kon hun terreur in de ogen van de meerderheid van het volk nog steeds doorgaan voor een te lang uitgestelde reparatie van vroegere misstanden. (pagina 697-698)

Pepijn van Houwelingen, mister tribunalen

Bijltjesdag. Tribunalen. Denk in dit verband aan de wensdroom van Pepijn van Houwelingen van FVD.

In eerste instantie betreft het vooral de elite; en kijkt ‘het volk’ bij wijze van spreken verlekkerd toe. ‘Eindelijk krijgen zij hun verdiende loon!’ Maar zoals dat gaat, een wreed regime zal uiteindelijk ook de levens van ‘normale’ burgers meer dan vervelend gaan treffen. Alkibiades/Ilja Leonard Pfeijffer zegt het zo:

Herstel van de orde was het voorwendsel waarmee chaos is gecreëerd en uit chaos wordt chaos geboren. Reparatie van het respect voor de wetten was de dekmantel waaronder de poorten van de wetteloosheid zijn geopend en er bestaat geen beter excuus voor wetteloosheid dan wetteloosheid. Angst voor Sparta en de toekomst hebben te lang het idee gevoed dat repressie een instrument zou kunnen zijn waarmee de tijd kon worden teruggedraaid. Omdat de bevolking walgde van wat er met de democratie geworden was, heeft zij lang genoeg haar hoop gevestigd op het dictatoriale schrikbewind om de nadagen van de verworden democratie met terugwerkende kracht de glans te verstrekken van een gouden tijd. (pagina 698-699)

Toen ik in juni aan dit boek begon kon Ilja Leonard Pfeijffer noch ikzelf bevroeden wat zich sindsdien in Nederland heeft voltrokken. Een kabinet viel, en een hele generatie politici neemt afscheid en maakt ogenschijnlijk plaats voor nieuwe namen en ideeën.

Het lijkt er op dat ‘de Nederlandse burgers’ het zat zijn dat zich in ons land al ruim twintig jaar partijen én vooral boegbeelden rondlopen die beweren voor de belangen van het volk beweren op te komen, maar in de praktijk bijna alleen opkwamen voor kleine deelbelangen en daardoor alleen maar voor vervelend gedoe, lethargie en stilstand zorgden. En ondanks alle commissies en rapporten bleven alle grote problemen wat ze waren: groot; alleen de lades werden voller en werden duizenden reeds goedbetaalde adviseurs en slimme jongens nog rijker.

Wie weet? Wellicht stemmen in november grote drommen verdwaasde burgers weer voor partijen die beweren op te komen voor het algemeen belang; en negeren ze massaal de roeptoeters, racisten, dan wel hele en halve fascisten.

Realiseren verstandige burgers zich eindelijk weer eens dat er in complexe tijden geen eenvoudige oplossingen zijn. Dat die tijd, geld en – helaas – opofferingen van ons allen (en vooral het rijkere deel) vergen. Alkibiades fulmineert in dit dikke boek regelmatig tegen dit soort gemakzuchtige, in wezen onvolwassen volwassen burgers. Wel de lusten, maar niet de lasten.

In het voorlaatste hoofdstuk (negen) viert hij samen met Timandra zijn zesenveertigste verjaardag. Ze heeft een verrassing: ze is zwanger.

Alkibiades, fragment uit een portret van François-André Vincent uit 1776.
Alkibiades werd door iedereen uit die tijd een knappe man genoemd.

Even later krijgt Alkibiades in Melissa een laatste bericht van Theramenes uit Athene. Te midden van de terreur leeft daar volgens hem de hoop dat good old Alkibiades voor een wonder zal zorgen. Wensdenken is van alle tijden. Vooral in donkere tijden. De nieuwste Messias heet op dit moment Pieter.

Het enige positieve nieuws dat hij mij kon brengen, was dat de ballingen en de wanhopigen die Athene nog niet hadden kunnen ontvluchten moed bleven putten ui de wetenschap dat ik nog in leven was en dat ik ergens in de uitgestrekte landen van de barbaren mijn terugkeer naar Athene aan het voorbereiden was. Men fluisterde over tienduizend schepen van de Fenicische vloot. Sommigen meenden te weten dat ik met Indische olifanten , Perzische magiërs en een regiment zwarte ruiters uit Gandara in aantocht was en een enkeling wenste niet uit te sluiten dat ik een manier had gevonden om te vliegen. men fantaseerde over bloemenkransen in mijn lange haar en over de snit van de lange, slepende, purperen mantel die ik bij de gelegenheid van de bevrijding van Athene zou dragen. Mijn naam lag op hun lippen als een gebed.

Dat schreef Theramenes mij. Het moet kort daarna zijn geweest dat hij door Kritias is vermoord. (pagina 704-705)

Maar ondanks deze op een bepaalde manier opbeurende woorden van Theramenes zit Alkibiades nog steeds vast in Melissa, en weet hij dat koning Artaxerxes over enige dagen zal aankomen in Kelainai, een dichtbij gelegen plaats.

In het slothoofdstuk van boek elf beraamt hij een plan, zijn laatste. Alkibiades realiseert zich dat satraap Pharnabazos, die hem toestemming heeft gegeven om in Melissa te wachten op de komst van de koning, uiteindelijk niets zal doen om hem de koning te laten ontmoeten. Dus Alkibiades kiest voor de optie alles of niets. Hij zal proberen om stiekem naar Kelainai af te reizen om zich daar als het ware op te dringen aan koning Artaxerxes.

He (too) had a cunning plan

Zoals vrijwel elk plan klinkt het eenvoudiger dan het is. Ondanks de te verwachten toeloop voor het festival zullen de controles op de invalswegen, bij de poorten en in de straten van de stad intensief zijn, zeker gezien de aanwezigheid van de koning. Het zou van dwaasheid getuigen te denken dat ik daar ongemerkt langs zou kunnen glippen door mij te verbergen in de massa. De enige manier waarop dit plan kan slagen, is door onaanraakbaar te zijn. Met de hulp van Timandra, Mania en Timandra’s andere Phrygische vriendinnen zal ik mij vermommen als een Phrygische priesteres. Geen Perzische soldaat of wachter zal het in zijn hoofd halen om een heilige vrouw om haar documenten te vragen. (pagina 707)

En zo sluit Alkibiades niet alleen dit hoofdstuk, maar in wezen zíjn boek af.

Dit neemt niet weg dat het een gevaarlijk plan is, dat, als ik door de verkeerde bewaker op het verkeerde moment wordt ontmaskerd, zelfs mijn dood zou kunnen betekenen. Maar niets wat zonder gevaar wordt ondernomen, is eervol. Terwijl het een paradox mag heten dat ik voor het welslagen van mijn plan dien te vertrouwen op religieuze sensibiliteit en vatbaarheid voor bijgeloof, die ik mijn hele leven lang heb veracht, vertoont het een zekere logica omdat het een beroep doet op een van mijn grootste kwaliteiten. Mijn verwijfdheid zal Athene redden. Geen man zal ooit een groot man zijn als hij niet ook een vrouw durft te zijn. (pagina 707-708)

Alkibiades, inleiding (10 juni 2023)

Alkibiades, boek 1 Perikles (13 juni 2023)

Alkibiades, boek 2 Protagoras (22 juni 2023)

Alkibiades, boek 3 Hipparete (5 juli 2023)

Alkibiades, boek 4 Groots denken? (11 juli 2023)

Alkibiades, boek 5 Sparta (14 juli 2023)

Alkibiades, boek 6 Sardis (15 juli 2023)

Alkibiades, boek 7 ‘Zo gaan die dingen’ (4 augustus 2023)

Alkibiades, boek 8 Vechten voor Athene (5 augustus 2023)

Alkibiades, boek 9 Onwelkome feiten (18 augustus 2023)

Alkibiades, boek 10 – ‘Mogen de goden Athene bijstaan’ (25 augustus 2023)

Alkibiades, boek 12 – De enige echte held van zijn tijd? (24 september 2023)

Geef een reactie

%d bloggers liken dit: